Antiscalpeerrollen afstellen
Voor machines met een maaidek
van 107 cm
Als u de maaihoogte wijzigt, stel dan de hoogte van
de antiscalpeerrollen in.
Opmerking:
Stel de antiscalpeerrollen zo af dat ze
de grond niet raken op normale, vlakke maaiterreinen.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, schakel de messchakelaar uit en stel
de parkeerrem in werking; zie
rijden (bladz.
23).
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Stel de antiscalpeerrollen af in een van de
volgende standen:
•
Bovenste gat – gebruik deze stand als het
maaidek op een maaihoogte van 63 mm of
lager staat
(Figuur
•
Onderste gat – gebruik deze stand als het
maaidek op een maaihoogte van 76 mm of
hoger staat
(Figuur
Figuur 29
1. Antiscalpeerrol
2. Onderste gat – met
het maaidek op een
maaihoogte van 76 mm of
hoger
3. Flensmoer
Met de machine
29).
29).
g019929
4. Bovenste gat – met
het maaidek op een
maaihoogte van 63 mm of
lager.
5. Bout
Tips voor bediening en
gebruik
Gebruik van de snel-stand van de
gashendel
Voor een optimaal maairesultaat en een maximale
luchtcirculatie moet u de gashendel op S
Om het gras goed te maaien is lucht nodig; zet
de maaihoogte dus niet te laag en zorg ervoor dat
het maaidek niet helemaal door ongemaaid gras is
omgeven. Probeer altijd één zijkant van het maaidek
vrij van ongemaaid gras te houden, zodat lucht in het
maaidek kan worden gezogen.
Wanneer u een gazon voor de
eerste keer maait
Laat het gras iets langer dan normaal om te
voorkomen dat oneffenheden in het gras volledig
worden weggemaaid. In het algemeen kan het best
de voorheen gebruikte maaihoogte worden gekozen.
Als u gras van meer dan 15 cm lang gaat maaien,
kunt u het best in twee keer maaien om een goed
maairesultaat te verkrijgen.
Eén derde van de lengte van het
gras afmaaien
Aanbevolen wordt niet meer dan ongeveer één derde
van de lengte van het gras af te maaien. Meer
afmaaien wordt afgeraden, tenzij het gras dun is, of in
de late herfst, wanneer het gras langzamer groeit.
Maairichting afwisselen
Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat
het gras rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een
betere verspreiding van het maaisel, wat de vertering
en bemesting ten goede komt.
Met de juiste regelmaat maaien
Het tempo waarmee het gras groeit, varieert per
jaargetijde. Om dezelfde maaihoogte te behouden,
moet u in het vroege voorjaar vaker maaien. Als de
groeisnelheid in de zomer afneemt, maait u minder
vaak. Als u langere tijd niet hebt kunnen maaien,
maait u eerst op een hoge maaihoogte. Maai 2 dagen
later op een lagere maaihoogte.
26
zetten.
NEL