Programmeerbare ingangen en functies
De ASTATplus functies zoals Soft-Stop, startboost, enz., kunnen worden geactiveerd of gedeactiveerd door met behulp het
toetsenbord ON of OF in te stellen. De meeste functies kunnen ook vanop afstand worden geactiveerd of gedesactiveerd met
de programmeerbare ingangen I3 of I4 (aansluitklemmen 3-57 en 4-57).
Functie
Soft Stop
Pompsturing
Startboost
Override
Bypass
Gelijkstroomremmen
Lineaire curve
Trage snelheid
Trage snelheid
Tweede curve
Afstandsbesturing
Meer dan één functie kan in de ASTATplus worden geactiveerd, hetzij met het toetsenbord, hetzij met de programmeerbare
ingangen I3 en I4. Een aantal functies werken eventueel niet zoals verwacht tijdens stoppen als ze simultaan geactiveerd zijn.
De prioriteit als twee of meer van onderstaande functies simultaan geactiveerd zijn, is aangegeven in volgende tabel.
Gelijkstroomremmen (B=ON)
Lineaire curve (S, D=ON)
Soft Stop (S=ON)
Pompsturing (S, C=ON)
Programmeerbare relaisuitgangen
De ASTATplus heeft drie programmeerbare relais 1r, 2r en 3r (potentiaal vrije relais).
De ASTAT aansluitpunten zijn 11-12-14, 23-24 en 33-34
Deze relais kunnen, zoals hierna aangegeven, worden toegewezen aan diverse functies.
Instelwaarde
Relaisnr.
Parameter
Relais 1r
1 r x x
Relais 2r
1 r x x
Relais 3r
3 r x x
Parameter
Instelwaarde
S x x x
C x x x
_ O F F
P x x x
F x x x
_
O N
z x x x
B x x x
_
I 3
D x x x
J x x x
_
I 4
r x x x
A x x x
X x x x
Voorwaarde
a
b
c
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
a
a
a
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
b
a
c
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
○
c
a
c
EOR
Detecteert einde van spanningsflank. -Kan enkel worden toegewezen aan relais 2r-
20
Gelijkstroomremmen Bevel gelijkstroomremmen -Kan enkel worden toegewezen aan relais 3r-
21
Fout
Detecteert de foutstatus van de ASTAT
22
Onderspanning
Detecteert de limiet ingesteld met parameter UVxx
23
Overspanning
Detecteert de limiet ingesteld met parameter OVxx
24
RUN
Detecteert de run-status van de ASTAT
25
JOG
Detecteert de jog-status (trage snelheid)
26
Onderstroom
Detecteert de limiet ingesteld in parameter UCxx
27
Overstroom
Detecteert de limiet ingesteld in parameter OCxx
28
Deactiveert de relaisfunctie
29
Toekomstig gebruik
30
<Opmerkingen>
De functie is permanent gedesactiveerd
De functie is permanent geactiveerd
De status van de functie is afhankelijk van de ASTAT I3 ingang
De status van de functie is afhankelijk van de ASTAT I4 ingang
Opmerking: Eén programmeerbare ingang kan meer
dan één functie activeren of deactiveren
Actie
a De eenheid stopt met lineaire curve
b De eenheid stopt met gelijkstroomremmen na uitvoering van de
Soft Stop
c De eenheid stopt door pompsturing
<Opmerkingen>
ASTATplus
C
15