Pagina 1
2. Bezorg deze handleiding aan de eindgebruiker. 3. CE markering Bij installatie van ASTATplus in de Europese Unie is EMC-compatibiliteit vereist. ASTATplus voldoet aan de EN 50081-2 en EN 50082-2. 4. Wij beschouwen het als een recht, om op elk ogenblik en zonder voorafgaandelijke verwittiging, de produkten of onderdelen ervan, vermeld of afgebeeld in deze catalogus, te wijzigen of te schrappen om technische of commercieel noodzakelijke redenen.
Pagina 2
5. De stopmode moet ingesteld worden overeenkomstig de veiligheidsnormen toepasselijk op de operator. 6. Gescheiden motoroverstroombeveiliging is vereist volgens de Canadese Elektri- sche Code, Deel 1, ASTATplus voorziet hierin. WAARSCHUWING 1. De opgegeven halfgeleider zekeringen voldoen niet noodzakelijk als lijn- beveiliging.
ASTATplus INHOUD Hoofdstuk 1. Algemeen ............................ C.4 1.1. Vergelijking tussen verschillende soorten starters ................C.4 1.2. Voordelen van de softstarters ......................C.5 Hoofdstuk 2. Types en vermogen ........................C.6 2.1. Volgens IEC ............................C.6 2.2. Volgens UL ............................C.7 2.3.
ASTATplus 1. Algemeen 1.1. Vergelijking tussen verschillende soorten starters Er bestaat een groot aantal toepassingen waarbij het Hierdoor veroorzaken softstarters, net als alle andere progressief starten of starten met stroombeperking noodza- klassieke starters, een vermindering van het aanloopkoppel in functie van de ingestelde parameters. Het voordeel van kelijk is en die bijgevolg het direct starten van motoren onmogelijk maken.
(RS232) communicatie. Bij het ontwerp van deze apparaten werd ruimschoots Dit maakt het mogelijk de ASTATplus te integreren binnen rekening gehouden met parasitaire verschijnselen die elke een automatiseringsproces, samen met andere starters, dag toenemen en via de voedingslijn worden binnenge- programmeerbare sturingen, snelheidsregelaars, enz.
ASTATplus 2.3. Overbelastingscurves Bij de ASTATplus zijn volgende beveiligingcurves instelbaar via de parameter «0» - overbelasting volgens IEC Klasse 10 en Klasse 20, Nema 10, 20 en 30. IEC Klasse 10 IEC Klasse 20 KOUD KOUD WARM WARM NEMA 10...
ASTATplus 3. Technische gegevens 3.1. Algemene specificaties Voedings- AC 3 fasig Tot 440V, +10%, -15% voor QC1xDP ASTATplus spanning Tot 500V, +10%, -15% voor QC2xDP ASTATplus Frequentiebereik 50/60 45 tot 65 Hz Sturing Stuursysteem Digitaal met microprocessor. Startcurve met progressieve spanningsverhoging of door stroombegrenzing Initiële spanning...
3.2. I/O Specificaties vermogen- en stuuraansluiting Vermogenklemmen Klem Functie Omschrijving 1L1, 3L2, 5L3 Voedingsspanning 3 voedingsspanning volgens type ASTATplus. 2T1, 4T2, 6T3 Motorspanning Uitgangsklemmen voor 3 fasige AC motor A1, A2, B1, B2 Stuurspanning 110/120V AC, +10%, -15%: 220/240V AC, +10%, -15%:...
Pagina 11
ASTATplus Digitale uitgangen Klem Functie Omschrijving 11, 12, 14 Programmeerbaar 11-12 = NC, 11-14 = NO potentiaalvrij contact. Dit relais kan toegewezen relais 1r worden aan verschillende interne functies (p. C.12) Af fabriek ingesteld op START functie 23, 24 Programmeerbaar 23-24 = NO.
ASTATplus 3.3. I/O Aansluitschema ASTATplus klemmenindicatie en aansluitschema’s Stuurspanning Seriële communicatie Stuurspanning Programmeerbare uitgangsrelais Programmeerbare ingangen (Houd contact) (Sturing met drukknoppen) (1) Bedradingsvoorschriften zie Hfst 5. (2) Af fabriek zijn de ingangen I3 en I4 nog niet toegewezen. Zie p. C15 voor programmatie.
ASTATplus 3.4. Werkingsfasen Starten en stoppen Initiële curve 5 periodes netfrequentie Initiële spanning 30 tot 95% Un (instelbaar) Startboost 95% Un. Activering “Pxxx” op ON Versnellingscurve (t ramp Tijd instelbaar tussen 1 en 99 sec. Tweede versnellingscurve mogelijk Lineaire versnelling mogelijk met tacho generator terugkoppeling...
Pagina 14
ASTATplus Jog functie en lineaire curve Lineaire aanloop- en Aanlooptijd instelbaar (Activeren) “Dxxx” op ON stopcurve Kleine snelheid (7%) en Activering met “Jxxx” op ON en “jxxx” of LO op HI verhoogde trage snelheid (14%) Inverse trage snelheid (20%) Activering met “Jxxx” op ON en "rxxx" op ON Trage snelheid (7% of 14%) Activering met “Jxxx”...
één functie activeren of deactiveren Meer dan één functie kan in de ASTATplus worden geactiveerd, hetzij met het toetsenbord, hetzij met de programmeerbare ingangen I3 en I4. Een aantal functies werken eventueel niet zoals verwacht tijdens stoppen als ze simultaan geactiveerd zijn.
ASTATplus 4. Programmering 4.1. Beschrijving van het controlepaneel Display Toont bewakings-, statusindicatoren, foutmeldingen en functiewaarden F V V V Foutcode F F/V V V functiecode (*) Display-structuur F V V V Statuscode E 0 1 0 Frequentiefout M x x x...
Waarden die in het tijdelijk geheugen worden opgeslagen, gaan verloren als er zich een stroomonderbreking voordoet, tenzij ze met parameter “W” worden opgeslagen in het permanente E2PROM-geheugen. Bijkomende informatie vindt u op pagina 4-4. Hierboven wordt enkel een voorbeeld gegeven voor parameter “G”, maar alle ASTATplus parameters kunnen op dezelfde manier worden aangepast.
Pagina 18
ASTATplus Geavanceerde parameters Basisparameters Bereik Eenheid Eenheid Bereik Stroomlimiet Lock-out min. 00-45 100-700 Startkoppel Lezen E2PROM ON, OFF 010-090 Tijd versnellingscurve Fabrieksinstellingen ON, OFF 01-99 aantal Tijd vertragingscurve Aantal nieuwe pogingen 000-004 01-120 pogingen startboost Tijd nieuwe pogingen 001-099 000-999...
1. Schakel de ASTAT in en meet de RMS-spanning op fasen 1L1-3L2 met behulp van een geijkte voltmeter. 2. Zoek de parameter “txxx”, stel de gemeten spanning in en sla deze waarde op met de toets U hoeft de E2PROM niet opnieuw te schrijven om de nieuwe instelling permanent te maken, de ASTATplus doet dit automatisch.
ASTATplus 4.5. Basisparameters. -BAS- 4.5.1. Basisfuncties Display Functie Standaard Bereik Eenheid Beschrijving L x x x Stroomlimiet L 3 5 0 100-700 Stelt de stroomlimiet van het toestel in. Stelt de stroomlimiet van de motor in als parameter “N” goed ingesteld is.
ASTATplus 4.5.2. Programmeerbare basisfuncties Display Functie Standaard Bereik Beschrijving S x x x Selectie Soft Stop S O F F OFF, ON, I3, I4 Activeert of desactiveert alle modi van Soft Stop keuzemogelijkheden C x x x Selectie C O F F OFF, ON, I3, I4 Activeert de pompstuurfunctie.
ASTATplus 4.6. Uitgebreide parameters -ADV- 4.6.1. Geavanceerde functies Display Functie Standaard Bereik Eenheid Beschrijving L K x x Lock-out L K 0 0 00-45 min. Stelt de tijd in tussen opeenvolgende starts. Instelling “0” desactiveert deze functie. R x x x...
ASTATplus 4.6.2. Programmeerbare geavanceerde functies Display Functie Standaard Bereik Beschrijving D x x x Lineaire curve D O F F OFF, ON, I3, I4 Deze functie levert lineaire versnellings- en vertragings- curves in een groter belastingsbereik met behulp van tachogenerator-terugkoppeling. Een gelijkstroom-...
Uitgangsrelais 1r 1 r 2 5 22-30 Dit is een programmeerbaar relais met één NO/NC potentiaalvrij (RUN) contact naar de contacten 11-12-13 van de ASTATplus 2 r x x Uitgangsrelais 2r 2 r 2 0 20, 22-30 Dit is een programmeerbaar relais met één NO potentiaalvrij...
Bij de installatie van het toestel moet rekening worden gehou- den met de volgende punten: – Het toestel moet verticaal worden geïnstalleerd en vastge- maakt aan een plaat of aan rails. De verticale positie is noodzakelijk voor een goede luchtcirculatie en afkoeling.
ASTATplus 5.2. Gegevens vermogen- en stuurkring IEC Klasse 10 bereiken Cat. Nr. Tot. ener- Zeke- Zekeringen Zekeringen Voedingsspanning Contactor Contactor Stuur- gieverlies ringen Jean Müller BUSSMANN type DC 1 DC 3 spannings- 100% In aM (F1) type (Typower Sicu 660V~)
ASTATplus 5.3. Inbedrijfstelling - Controleer of de bedrading van het - Als de motor voorzien is van een thermische beveiligingssensor, de draad- toestel overeenstemt met een van de brug verwijderen tussen contacten 5 en 6 voor de sensor wordt aangesloten aanbevolen toepassingsschema’s of een...
ASTATplus 5.4. Foutdetectie Symptoom of fout Mogelijke oorzaak Te nemen maatregelen Display op “0FF” Geen stuurspanning. Controleer bekabeling en stuurspanning. Zekering F1 gesmolten in Controleer en vervang F1 voedingskaart. Platte kabel die de voedingskaart met Controleer de verbindingen. de stuurkaart verbindt, is slecht aange-...
ASTATplus 5.5. Controle van de thyristoren Kortsluiting 1L1 (3L2 or 5L3) – Plaats een testlamp tussen de inkomende en de uitgaande fase om de vermogenmodule te kontroleren.. Indien de lamp brandt, is minstens één van de thyristoren in kortsluiting. Testlamp –...
C12. (3) De uitgangsrelais laten rechtstreekse actie op de contactoren toe overeenkomstig de waarden vermeld op pagina C11 van deze handleiding. (4) De ASTATplus is voorzien van een elektronische Programmeerbare uitgangsrelais beveiliging tegen motoroverbelasting, die voor Programmeerbare ingangen (3) de meeste toepassingen een degelijke beveili- ging biedt.
Pagina 32
1. De functie trage snelheid kan worden geactiveerd door “Jxxx” in te stellen op I3. In dit geval wordt trage snelheid mogelijk met een drukknop die verbonden is met contacten 3-57 van de ASTATplus. Jog achteruit is ook mogelijk door “rxxx” op ON te zetten.
Pagina 33
C12. (3) De uitgangsrelais laten rechtstreekse actie op de contactoren toe overeenkomstig de waarden vermeld op pagina C11 van deze handleiding. (4) De ASTATplus is voorzien van een elektronische Programmeerbare ingangsrelais beveiliging tegen motoroverbelasting, die voor Programmeerbare ingangen (3) de meeste toepassingen een degelijke beveili- ging biedt.
RS232 is een gangbare communicatiestandaard wat betreft de elektrische karakteristieken (spanning, tijd, enz..), daarentegen wordt de communicatieprocedure bepaald door het gebruikte protocol (Modbus, ASCII, Profibus, DeviceNet, etc.). De maximaal toegestane kabellengte voor een RS232 is 3 meter. De ASTATplus gebruikt een 3 pins connector: TD, RD, SG. ASTAT klemmenstrook...
Pagina 35
ASTATplus 6.2.2. ASCII Protocol Zet parameter XP op 0. Het is mogelijk om de ASTATplus aan te sturen gebruik makend van ASCII karakters. Twee functies zijn beschikbaar om parameters te lezen en te schrijven. Schrijven van parameters naar de ASTATplus:...
Pagina 36
# # parameters 2 karakters 3.5 karakters Het antwoord van de ASTATplus zal hetzelfde slave adres en functie code bevatten, maar het data veld zal alle te lezen parameters bevatten en de bijhorende waardes. Wachttijd Slave adres Functie code...
Pagina 37
ASTATplus Het antwoord van de ASTATplus zal hetzelfde slave adres en functie code bevatten, maar het data veld zal alle te lezen parameters bevatten en de bijhorende waardes. Wachttijd Slave adres Functie code Data veld Wachttijd # of chars 3.5 karakters...
Pagina 38
ASTATplus 6.2.4. Profibus/DeviceNet Het is mogelijk de ASTATplus te koppelen op een industriële veldbus. Hiervoor heeft men een externe communicatiemodule nodig en dient de parameter XP op 2 te worden ingesteld. 2 modules zijn beschikbaar: Profibus DP en DeviceNet Profibus DP: Art. nr.: QCPPDP Ref.
Pagina 39
ASTATplus 6.2.5. Lijst van parameters die kunnen worden aangestuurd door de seriële interface Parameter- Parameter- Functie Lezen/schrijven Bereik Commentaar nummer naam (R / W) Status Status soft starter 0 - 14 0: ON 1: STOP 2: LOCK 3: Alarm (fouten)
Pagina 40
ASTATplus Parameter- Parameter- Functie Lezen/schrijven Bereik Commentaar nummer naam (R / W) Intern gebruik Softwareversie vxxx Intern gebruik Intern gebruik Programmeerbaar uitgangsrelais 11-12-14 22-30 Zie functies programmeer- bare relais op pagina 24 Programmeerbaar uitgangsrelais 23-24 20,22-30 Programmeerbaar uitgangsrelais 33-34 21-30...
Pagina 41
ASTATplus Parameter- Parameter- Functie Lezen/schrijven Bereik Commentaar nummer naam (R / W) RUN/STOP Start/Stop bevel 0: RUN 1: STOP Intern gebruik Intern gebruik Intern gebruik Intern gebruik e0xx fout e0 xx: foutcode e1xx fout e1 xx: foutcode e2xx fout e2...