De koelcurve/stooklijn
instellen
stooklijn1.9.1.1
systeem
aanvoertemperatuur °C
buitentemp. °C
koelcurve 1.9.1.2
systeem
aanvoertemperatuur °C
buitentemp. °C
stooklijn
Instelbereik: 0 - 15
Standaardwaarde: 9
koelcurve (benodigde accessoire)
Instelbereik: 0 - 9
Standaardwaarde: 0
U kunt verwarmen of koelen selecteren in het menu
curve
. Het volgende menu (stooklijn/koelcurve) toont
de stooklijn en koelcurve voor uw huis. De curve is be-
doeld om ongeacht de buitentemperatuur voor een
gelijkmatige binnentemperatuur te zorgen en dus voor
een energiezuinige werking. Aan de hand van deze
stooklijnen bepaalt de regelcomputer van de warmte-
pomp de temperatuur van het water naar het systeem,
de aanvoertemperatuur en dus de binnentemperatuur.
Selecteer de lijn en lees af hoe de aanvoertemperatuur
bij verschillende buitentemperaturen verandert. Het
cijfer helemaal rechts van "system" toont voor welk
systeem u de stooklijn/koelcurve hebt geselecteerd.
Helling van de stooklijn
De helling van verwarmings-/koelcurves bepaalt hoe-
veel graden de aanvoertemperatuur moet worden
verhoogd/verlaagd als de buitentemperatuur
daalt/stijgt. Hoe steiler de helling, hoe hoger de aan-
voertemperatuur voor de verwarming of hoe lager de
aanvoertemperatuur voor de koeling bij een bepaalde
buitentemperatuur.
NIBE™ F1145
Aanvoertemperatuur
°C
70
Brantare kurvlutning
Steilere helling stooklijn
60
50
40
30
- 10
- 20
10
0
Buitentemperatuur
De optimale helling hangt af van de klimaatomstandig-
heden van uw woonplaats, of de woning over radiato-
ren of vloerverwarming beschikt en hoe goed de wo-
ning is geïsoleerd.
De curve wordt ingesteld bij de installatie van de ver-
warming, maar moet later mogelijk worden aangepast.
Normaal gesproken hoeft de curve niet verder te wor-
den afgesteld.
LET OP!
Voor het fijn afstellen van de binnentempera-
tuur moet de curve naar boven of beneden
worden verschoven in menu 1.1
tuur
.
Verschuiving stooklijn
Een verschuiving van de curve betekent, dat de aanvoer-
temperatuur evenveel verandert voor alle buitentem-
peraturen, d.w.z. een verschuiving van de curve van +2
stappen verhoogt de aanvoertemperatuur met 5 C bij
alle buitentemperaturen.
Aanvoertemperatuur: maximale en minimale
waarden
Aangezien de aanvoerleidingtemperatuur niet hoger
kan zijn dan de ingestelde max. waarde of lager dan
de ingestelde min. waarde, vlakt de stooklijn af bij deze
temperaturen.
LET OP!
Vloerverwarmingssystemen worden normaal
gesproken
max. aanvoertemp.
sen 35 en 45 °C.
Moet worden beperkt bij vloerkoeling min.
aanvoer temp. om condensatie te voorkomen.
Controleer de max. temperatuur voor uw vloer
bij uw installateur/vloerleverancier.
Het getal aan het einde van de stooklijn geeft de helling
van de stooklijn aan. Het getal naast de thermometer
geeft de verschuiving van de stooklijn aan. Gebruik de
selectieknop om een nieuwe waarde in te stellen. Be-
vestig de nieuwe instelling met een druk op OK.
Curve 0 is een eigen curve, vanuit menu 1.9.7.
Hoofdstuk 6 |
- 30
- 40°C
UTETEMPERATUR
tempera-
ingesteld tus-
Inbedrijfstelling en afstelling
39