Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie
Limits (Grenswaarden)
Via Limits (Grenswaarden) kunnen bepaalde bereiken voor diverse gegevensparameters voor de motor worden ingesteld,
zoals toerental, koelvloeistoftemperatuur, olietemperatuur, accuspanning en boostdruk. Veranderingen in de grenswaarden
zijn niet van invloed op de motorinstallatie of de werking van de Engine Guardian-programmering van Mercury. De
daadwerkelijke grenswaarden voor de motoren worden bepaald door de in de fabriek geprogrammeerde besturingsmodule
op de motor.
De onderstaande afbeelding toont een voorbeeld van het scherm Engine Limits (Grenswaarden motor).
Instelling
Min:
Max:
Warning Low (Waarschuwing Laag):
Warning High (Waarschuwing Hoog):
De standaard minimum- en maximumwaarden zijn in de fabriek ingesteld voor de motorinstallatie die via de Installatiehulp
of het instellingsmenu Engines (Motoren) wordt gekozen. Het verhogen of verlagen van de minimum- en maximumwaarden
voor waarschuwingen wordt doorgaans beschouwd als een kwestie van voorkeur voor de scheepseigenaar.
NB: Als de bestuurder de Navico-kant van de MFD gebruikt en er wordt een op de Mercury-kant ingestelde grenswaarde
overschreden, klinkt er een pieptoon als waarschuwing.
Bladzijde 76
De waarde aan de onderkant van de grafiek op het scherm
De waarde aan de bovenkant van de grafiek op het scherm
De waarde aan de bovenkant van het onderste gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm
De waarde aan de onderkant van het bovenste gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm
61674
61675
Beschrijving
90-8M0122364
JUNI 2016
nld