Via kalibratie van de trimvinnen kan de bestuurder de trimvinnen in de hoogste en de laagste stand zetten en de
percentages registreren. Dit is handig om de werkelijke trimstand van 0° vast te stellen: dat is de hoek waarbij de
trimvinnen parallel staan aan de bodem van de boot. Als de trimvinnen goed gekalibreerd zijn, wordt de positie van de
schuifregelaars correct op het scherm weergegeven.
Om de trimvinnen te kalibreren, verstelt u de trimvin totdat deze parallel staat aan de romp en noteert u de waarde: dit is de
werkelijke 0%-stand van de trimvinnen. Zet de trimvin helemaal omlaag en noteer de waarde: dit is de werkelijke 100%-
stand van de trimvinnen. Selecteer Save (Opslaan) om de nieuwe kalibratiegegevens voor de trimvinnen te bewaren.
Het punt voor instelling van de buitenboordmotor of aandrijving op nul is de daadwerkelijke trimvinstand die met een
waarde van 0% op de display wordt weergegeven. Bestuurders kunnen bepalen bij welk punt de boot vlak vaart. Bij deze
vaarstand kunnen de trimvinnen soms een paar procent omlaag staan. Met de optie Set to Zero (Op nul instellen) kan de
bestuurder ervoor zorgen dat op de meter een waarde van 0% wordt weergegeven als de boot vlak vaart. Bijvoorbeeld: als
de trimvinnen op 10% moeten staan om werkelijk vlak te varen, geeft de VesselView voor deze stand de waarde 0 weer.
Als de trimvinnen met meer dan 10% omlaag zijn gezet, worden er negatieve waarden weergegeven.
Brandstoftanks
De tankconfiguratie is onder het onderwerp Installatiehulp beschreven, maar het is ook mogelijk om op elk gewenst
moment extra veranderingen aan te brengen of instellingen te verrichten via het menu Tanks.
90-8M0122364
JUNI 2016
nld
Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie
a
b
c
61669
61661
a -
Selecteer het aantal gewenste
kalibratiepunten
b -
Positie van de trimvinnen voor
registratiedoeleinden
c -
Selecteer Save (Opslaan) om
de kalibratie te bewaren
Bladzijde 65