Bij kort indrukken van
/
snelheid met 5 km/h (5 mph). Houd de knop ingedrukt om de snel-
heid traploos te wijzigen – laat de knop los bij het bereiken van de
gewenste snelheid.
Met
/
verkleint/vergroot u de afstand tot voorliggers bij
gebruik van de adaptieve cruisecontrol en Pilot Assist.
Bij eenmaal indrukken van
ingesteld voor gebruik door het gekozen systeem.
Rechter stuurknoppenset
Het bestuurdersdisplay is te bedienen met de rechter stuurknop-
penset.
Het appmenu van het bestuurdersdisplay wordt geopend/
gesloten. Van hieruit zijn boordcomputer, mediaspeler, tele-
foon en navigatie* te bedienen.
Blader door de apps door op de pijl-links of pijl-rechts te druk-
ken.
Een keuze maken, ongedaan maken of bevestigen, zoals het
kiezen van het boordcomputermenu of het verwijderen van
een melding van het bestuurdersdisplay.
De functies voor de gekozen app doorbladeren door op pijl-
omhoog of pijl-omlaag te drukken.
U kunt het mediavolume verhogen/verlagen door te tikken op
respectievelijk
en
. Als geen van de andere functies actief is
kunt u met deze knoppen het volume regelen.
Met de knop
activeert u de stembediening om bijvoorbeeld via
stemcommando's het audiosysteem, de navigatie en de klimaatre-
geling te bedienen. Zeg bijv. "
Radio
"
".
Annuleer
Zie het hoofdstuk Stembediening in deze Quick Guide voor meer
stemcommando's.
verhoogt/verlaagt u de ingestelde
wordt de aangepaste snelheid tevens
", "
Verhoog temperatuur
Boordcomputer
De boordcomputer toont bijv. de afstand, het verbruik en de gemid-
delde snelheid. U kunt kiezen welke boordcomputerinformatie op
het bestuurdersdisplay moet verschijnen. De boordcomputer bere-
kent de resterende actieradius op basis van de actuele hoeveelheid
brandstof in de tank of de actuele ladingsgraad van de hybride-
accu. Gebruik de rechter stuurknoppenset om de verschillende
opties te bekijken. Wanneer er "----" op het bestuurdersdisplay ver-
schijnt, zijn geen garanties meer te geven voor de actieradius.
" of
6
Afhankelijk van de markt.
03