Inhoudsopgave
Advertenties
Probleem
Verminderde prestaties
Er zijn luchtbellen in
de vloeistof
Vloeistof lekt uit lagere
poorten op de apparatuur
of vloeistof op de vloer.
Apparatuur stopt
plotseling met werken
of schakelt uit.
* De apparatuur is niet voorzien van een leksensor. Er zijn toebehorensets verkrijgbaar (afzonderlijk aan te schaffen).
Zie Bijbehorende handleidingen, pagina 2.
‡
Wijzig of repareer geen explosieveilige
verbindingen. Het wijzigen van explosieveilige
verbindingen maakt de certificering van de
apparatuur voor gevaarlijke locaties ongeldig
en kan explosiegevaar opleveren.
3A7195D
Oorzaak
Verstopte vloeistofleiding.
De terugslagventielen blijven vastzitten
of lekken.
Membraan (of steunmembraan, waar van
toepassing) is gescheurd.
Vloeistofleiding zit los.
Membraan (of steunmembraan, waar van
toepassing) is gescheurd.
Losse verdeelstukken.
Beschadigde zittingen of afdichtingen.
Bevestiging van membraanas is los.
Bevestiging van membraanas is los.
Gescheurd membraan. Lek in de
apparatuur.
Aardlekschakelaar (GFCI) geactiveerd.
Slechte voeding.
Operationele parameters overschreden.
Waarschuwing leksensor*. Lek ontdekt
in de apparatuur.
De leksensor* is losgekoppeld.
Problemen opsporen en verhelpen
Oplossing
Controleren; vrijmaken.
Reinig of vervang.
Vervang.
Vastdraaien.
Vervang.
Draai de bevestigingen of klemmen van
de verdeelstukken vast.
Vervang zittingen of afdichtingen.
Vastdraaien.
Vastdraaien.
Vervang.
Verwijder regelaar uit circuit
aardlekschakelaar.
Controleer de aansluitingen. Bepaal
de oorzaak van het probleem met
de voeding en los het probleem op.
Zie Fouten gebeurtenissen met
ledlampjes oplossen, pagina 26,
voor gebeurteniscodes.
Controleer het membraan op scheuren
of onjuiste installatie. Repareren
of vervangen.
Controleer of de leksensor correct is
geïnstalleerd. Zie de bijbehorende
handleiding van de leksensor.
Zie Bijbehorende handleidingen,
pagina 2.
31
Advertenties
Inhoudsopgave
