Problemen opsporen en verhelpen
Problemen opsporen en verhelpen
Probleem
De apparatuur geeft
een piepend
waarschuwingsgeluid,
ledlampje geel
Ledlampje knippert
De apparatuur draait,
maar vult of pompt niet
(het is normaal dat de
functie Autoprime actief
is en stopt zodra de pomp
is gevuld)
De apparatuur houdt de
vloeistofdruk niet vast bij
het afslaan
Aan de buitenkant van
de apparatuur lekt
materiaal vanuit de
‡
verbindingsnaden
Apparatuur is afgeslagen,
wil niet draaien
30
Oorzaak
Automatische opstartprocedure van
de pomp. De pomp is aangesloten
op een stroombron en de regelknop (K)
staat niet in de stand uit (0).
Apparatuurfout; speciale oorzaak.
Vloeistof niet gedetecteerd door
de auto-prime-sensor.
Terugslagventiel is versleten of zit vast
in de zitting of het verdeelstuk.
Versleten zitting.
Verstopte uitlaat- of inlaatpoort.
Losse inlaatfittingen of verdeelstukken.
Beschadigde zittingen verdeelstuk.
Versleten terugslagventielen, zittingen
of afdichtingen.
Losse verdeelstukaansluitingen
of vloeistofaansluitingen.
Bevestiging van membraanas is los.
Losse verdeelstukaansluitingen
of aansluitingen vloeistofdeksels.
Versleten verdeelstukzittingen
of afdichtingen.
Vloeistofleiding verstopt of ventielen dicht. Controleren; vrijmaken.
Motor of regelaar verkeerd bedraad.
Leksensor geactiveerd.
Voer de Drukontlastingsprocedure, pagina 22,
uit voordat u de apparatuur controleert of repareert.
Controleer alle mogelijke problemen en oorzaken
voordat u de apparatuur demonteert.
Oplossing
Draai de regelknop (K) naar de stand uit (0)
of schakel de stroomtoevoer naar het
systeem uit.
Laat de pomp de automatische
opstartprocedure voltooien.
Zie Fouten gebeurtenissen met
ledlampjes oplossen, pagina 26.
Zorg ervoor dat het zuiguiteinde van de
vloeistoftoevoerleiding (F) in de af te
geven vloeistof is gestoken.
Laat de Auto-prime-procedure
30 seconden lopen.
Vervang terugslagventiel en zitting.
Vervang terugslagventiel en zitting.
Verwijder verstopping.
Vastdraaien.
Vervang.
Vervang.
Vastdraaien.
Vastdraaien.
Vastdraaien.
Vervang.
Open ventielen stroomafwaarts van
de apparatuur.
Bedraad volgens de instructies in
de handleiding van uw motor. Zie
Bijbehorende handleidingen, pagina 2.
Controleer het membraan op scheuren
of onjuiste installatie. Repareren
of vervangen.
3A7195D