Voor u in onze kookstudio uitgetest.
nl
Gerecht
Koekjes
Sprits
Sprits
Sprits, 2 niveaus
Koekjes
Koekjes, 2 niveaus
Schuimgebak
Schuimgebak, 2 niveaus
Makronen
Makronen, 2 niveaus
* voorverwarmen
** 5 min. voorverwarmen, niet de snelverwarmingsfunctie gebruiken.
Tips voor gebak en klein gebak
U wilt vaststellen, of het gebak door-
gebakken is.
Het gebak zakt in.
Het gebak is in het midden hoog gere-
zen en lager bij de randen.
Het sap van de vruchten stroomt over. Gebruik de volgende keer de braadslede.
Klein gebak plakt bij het bakken aan
elkaar.
Het gebak is te droog.
Het gebak is over het geheel te licht.
Het gebak is aan de bovenkant te
licht, maar onder te donker.
Het gebak is aan de bovenkant te
donker, maar onder te licht.
Het gebak wordt te donker aan de
achterkant.
Het gebak is over het geheel te don-
ker.
Het gebak is ongelijkmatig bruin
geworden.
U hebt op meerdere niveaus gebak-
ken. Op de bovenste plaat is het
gebak donkerder dan op de onderste.
Het gebak ziet er goed uit, maar is bin-
nen niet goed doorgebakken.
Het gebak laat niet los wanneer u het
uit de vorm wilt storten.
28
Accessoires/vormen
Bakplaat
Bakplaat
Braadslede + bakplaat
Bakplaat
Braadslede + bakplaat
Bakplaat
Braadslede + bakplaat
Bakplaat
Braadslede + bakplaat
Steek met een houten prikker op de hoogste plaats in het gebak. Wanneer er geen deeg meer aan de prikker
zit, is het gebak klaar.
Gebruik de volgende keer minder vloeistof. Of stel de temperatuur 10 °C lager in en verleng de baktijd. Let op
de aangegeven ingrediënten en bereidingsaanwijzingen in het recept.
Vet alleen de bodem van de springvorm in. Na het bakken maakt u het gebak voorzichtig los met een mes.
Tussen de gebakstukken dient een afstand van ca. 2cm te zijn. Zo is er voldoende plaats om het gebak goed
te laten rijzen en helemaal bruin te laten worden.
Stel de temperatuur 10 °C hoger in en verkort de baktijd.
Zijn de inschuifhoogte en de toebehoren juist, verhoog dan evt. de temperatuur of houd een langere baktijd
aan.
Plaats het gebak de volgende keer één niveau hoger.
Plaats het gebak de volgende keer één niveau lager. Kies een lagere temperatuur en verleng de baktijd.
Zet de bakvorm niet direct tegen de achterwand maar midden op de toebehoren.
Kies de volgende keer een lagere temperatuur en verleng evt. de baktijd.
Kies een wat lagere temperatuur.
Ook bakpapier dat uitsteekt kan de luchtcirculatie beïnvloeden. Knip het bakpapier altijd zodanig af dat het
goed past.
Let erop dat de bakvorm niet direct voor de openingen in de achterwand van de binnenruimte staat.
Bij het bakken van klein gebak moet u indien mogelijk gelijke groottes en diktes aanhouden.
Kies voor het bakken op meerdere niveaus altijd 4D-hetelucht. Bakplaten of vormen die gelijktijdig in de oven
worden geplaatst, hoeven niet op hetzelfde moment klaar te zijn.
Bak iets langer bij een wat lagere temperatuur en voeg evt. minder vloeistof toe. Bij gebak met een vochtige
bovenkant bakt u eerst de bodem voor. Bestrooi het met amandelen of paneermeel en doe dan de bovenlaag
erop.
Laat het gebak na het bakken nog 5 tot 10 minuten afkoelen. Als het er nog steeds niet uit komt, maakt u de
rand voorzichtig los met een mes. Stort het gebak opnieuw en bedek de vorm meerdere keren met een natte,
koude doek. Vet de vorm de volgende keer in en bestrooi hem met paneermeel.
Inschuif-
Verwar-
Tempera-
hoogte
mingsme-
tuur in °C
thode
1
150-160**
%
1
140-150**
:
3+1
140-150**
:
2
140-160
:
3+1
130-150
:
2
80-90*
:
3+1
80-90*
:
2
90-110
:
3+1
90-110
:
Duur in
min.
25-40
25-40
30-40
15-30
20-35
120-150
120-180
20-40
20-40