1
Afb. 5‐2
Controleren van de versterker/weerstand-combinatie
1. Elektrode
2. Weerstandssonde
E 1998 Nordson Corporation
Alle rechten voorbehouden
4. Zie afbeelding 5‐2. Sluit de meetpennen van de mega-ohmmeter aan
op het schroefoog van de kortsluitplug en op de elektrode. Is de
gemeten waarde oneindig, verwissel dan de meetpennen.
OPMERKING: De meting kan ook worden uitgevoerd zonder kortsluitplug.
Verbindt alle drie pennen in de connector van de versterker onderling
voordat wordt gemeten met de mega-ohmmeter. Door het na te laten kan
de versterker beschadigen. Neem contact op met uw Nordson
vertegenwoordiger voor meer informatie.
2
3. Connector van de versterker
5. De gemeten waarde moet tussen de 208 en 312 mega‐ohm liggen bij
500 V. Ligt de waarde buiten deze grenzen, draai dan de weerstands‐
sonde van de versterker en meet de weerstand afzonderlijk (zie Meten
van continuïteit en weerstandswaarde). Vervang de versterker als de
weerstandswaarde binnen de opgegeven grenzen ligt.
6. Zie afbeelding 5‐5. Controleer op geleiding tussen de onderste pen
(2)(5 V= terugkoppeling) in de connector van de versterker en de
koelrand (4).
4
412 820E
Uitgave 06/98
Problemen en oplossingen
3
4. Kortsluitplug
Handleiding 31‐26
5‐5
3126012A