28
Voor de onthardingsinstallatie wordt ingebouwd, moeten de volgende werkzaamheden worden
uitgevoerd:
1.
Pakking op de vulopening van het zoutreservoir steken.
2.
Dichtingsringen in de steekverbindingen inzetten.
3.
Rubberen kap op de lagersteun in de bodemkuip voor de pomppot steken.
4.
Schakelstang voor het bedienen van de veiligheidsniveauschakelaar inzetten.
5.
Rubberen lager op de circulatiepomp steken.
Capaciteit zoutreservoir:
Fijnkorrelig zout
ca. 2,0 kg
Grofkorrelig zout
ca. 1,5 kg
Zouttabletten
ca. 0,7 kg
7.6.2
Montage
1.
Onthardingsinstallatie inzetten.
2.
Reedschakelaar laten vastklikken.
3.
Bodemkuip op de spoelkuip schuiven.
4.
Rubberen lager op de circulatiepomp steken.
5.
Bevestigingsmoer van het zoutreservoir aan de spoelkuip vastschroeven.
6.
Elektrische aansluitingen van de regenereer- en uitlaatklep aansluiten.
7.
Steekverbinding van de kabelboom van de deur aaneenkoppelen.
8.
Spoelkuip aan de achterwand van de bodemkuip vastschroeven.
9.
Bodemkuip aan de scharnierplaten vastschroeven.
10. Trekkabels aan de scharnierhefbomen inhangen.
11. Haakse rail, zijwanden, sokkelpaneel en buitendeur vastschroeven.
Servicehandboek
Uitsluitend voor intern gebruik