BS Plus
DeltaSol
®
1.
Installatie
1.1 Montage
afschermplaat
kabeldoorvoeringen met
ontlasting voor trek
Bevestigingspunt
Bevestiging
1.2 Elektrische aansluiting
DeltaSol BS Plus
Temp. Sensor
Pt1000
S1
S2
S3
S4
VBus
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10
VBus
aardingsklemmen
voelerklemmen
Nota:
De relais zijn uitgevoerd als halfgeleiderrelais voor snelheidsregeling.
Voor een betrouwbare werking hebben deze een minimale belas-
ting van 20 W nodig (opgenomen vermogen door de gebruikers). Bij
de afzonderlijke aansluiting van hulprelais, gemotoriseerde kleppen
en dergelijke moet de bij het montagemateriaal geleverde conden-
sator parallel aan de betrokken relaisuitgang aangesloten worden.
Opgelet: bij aansluiting van hulprelais of kleppen de minimale snelheid
instellen op 100 %!
Gevaarlijke spanningen!
Elektrostatische ontlading kan tot beschadiging van
elektronische bouwstenen leiden!
4
|
display
toetsenveld
zekering T4A
zekering
T4A 250 V~
1 (1)
1 (1)
~
~
250 V
250 V
N
R2
N
R1
N
L
12
13
14
15
16
17
18
19
20
gebruikersklemmen
netklemmen
Waarschuwing:
alvorens het huis te openen,
steeds de netspanning uitscha-
kelen.
De montage mag enkel gebeuren in een droge binnenruimte.
Let erop dat voor een betrouwbare werking het apparaat
niet op een plaats mag gemonteerd worden waar sterke
elektromagnetische velden aanwezig zijn.
De regelaar moet volgens de geldende installatieregels van
het net gescheiden kunnen worden door middel van een
bijkomende voorziening met een scheiding van minstens
3 mm over alle polen of door middel van een voorziening
voor scheiding (zekering). Bij de installatie van de aansluiting
van het net en van de voelerleidingen letten op gescheiden
plaatsing.
1. Kruisschroef in de afschermplaat uitschroeven en de
afschermplaat naar onder van het huis trekken.
2. De positie van het bovenste bevestigingspunt of de bo-
dem markeren en de bijgeleverde plug met de bijhorende
schroef voormonteren.
3. Het huis aan het bovenste bevestigingspunt ophangen,
het onderste bevestigingspunt op de bodem markeren
(afstand tussen de gaten 130 mm), dan de onderste plug
plaatsen.
4. Het huis bovenaan ophangen en vastzetten met de on-
derste bevestigingsschroef.
De stroomvoorziening van de regelaar moet gebeuren via
een externe netschakelaar (laatste stap in de installatie!)
en de voedingsspanning moet 210...250 Volt (50...60 Hz)
bedragen. Flexibele leidingen moeten aan de behuizing
vastgezet worden met de bijgeleverde ontlastingsbeugels
en schroeven.
De regelaar is voorzien van 2 relais, daaraan kunnen ver-
bruikers zoals pompen, kleppen en dergelijke aangesloten
worden:
• Relais 1
18 = geleider R1
17 = nulleider N
13 = aardingsklem
• Relais 2
16 = geleider R2
15 = nulleider N
14 = aardingsklem
De temperatuurvoelers (S1 tot S4) worden met omwis-
selbare polariteit aan de volgende klemmen aangesloten:
1 / 2 = voeler 1 (bvb. voeler collector 1)
3 / 4 = voeler 2 (bvb. voeler reservoir 1)
5 / 6 = voeler 3 (bvb. voeler collector 2)
7 / 8 = 4 (bvb. voeler reservoir TRL)
De aansluiting aan het net gebeurt aan de klemmen:
19 = nulleider N
20 = geleider L
12 = aardingsklem