Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opsporen Van Storingen - Doosan 9/270 Bedienings- En Onderhoudshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

STORING
Geen reactie van
instrument− enbord bij
draaien van sleutel naar
draaien van sleutel naar
stand (I).
stand (I).
De motor start niet.
Motor stopt tijdens bedrijf
of start moeilijk
De motor start maar slaat af
zodra de schakelaar in
zodra de schakelaar in
positie I wordt teruggezet.
positie I wordt teruggezet.
De motor start maar blijft
niet lopen of slaat
niet lopen of slaat
vroegtijdig af.
vroegtijdig af.
Motor loopt warm.
Het toerental van de motor
is te laag.
is te laag
Teveel trillingen.
De olie− afdichtings− ring
lekt.
OORZAAK
Noodstop bediend.
Accu's niet aangesloten
Zekering van startmotor
doorgebrand.
De akku is bijna leeg.
Slechte aardverbinding
Losse draad.
De brandstof raakt op.
Relais funktioneert niet goed.
Stoprelais defect
Laag brandstofpeil
Het afslagbe− veiligings−
systeem is in werking.
Elektrische storing.
Motoroliedruk laag
Waterpeil laag
Relais defect.
Contactslot defect.
Elektrische storing.
Lage oliedruk in de motor.
Het afslagbe− veiligings−
systeem is in werking.
De brandstof raakt op.
Defekte schakelaar.
Hoge olie− temperatuur in de
compressor.
Water in brandstof− systeem.
Relais defect.
Waterpeil laag
Radiator verstopt
Minder koellucht uit ventilator.
Thermostaat defect
Het brandstoffilter is verstopt.
Het luchtfilter is verstopt.
Defekte regelklep.
Vroegtijdig ontlasten.
Het toerental van de motor is te
laag.
Onjuist gemonteerde
afdichtingsring
Zie ook het Bedieningshandboek voor de Motor.

OPSPOREN VAN STORINGEN

OPLOSSING
Noodstop knop resetten.
Accu's aansluiten
Zekering vervangen.
Kontroleer de spanning van de V−snaar, de akku en de kabels.
Kontrolleer de aardingskabels en maak ze indien nodig schoon.
Bepaal waar de losse draad zich bevindt en herstel de verbinding.
Kontroleer het brandstofniveau en de onderdelen van het
brandstofsysteem. Vervang de brandstoffilter indien nodig.
Vervang het relais.
Stoprelais controleren
Brandstoftank vullen en brandstofsysteem eventueel ontluchten. (Zie
SECTIE ONDERHOUD).
Brandstoftank vullen en brandstofsysteem eventueel ontluchten. (Zie
SECTIE ONDERHOUD).
Kontroleer de schakelaars en kleppen van de afslagbeveiliging.
Test de elektrische circuits.
Oliepeil en oliefilter(s) controleren
Controleren dat laag waterpeil verklikker niet brandt.
De relais controleren.
Contactslot controleren.
Test de elektrische circuits.
Kontroleer het oliepeil en de oliefilter(s).
Kontroleer de schakelaars en kleppen van de afslagbeveiliging.
Kontroleer het brandstofniveau en de onderdelen van het brandstofsysteem.
Vervang de brandstoffilter indien nodig.
Test de schakelaars.
Kontroleer het oliepeil in de compressor en de oliekoeler. Kontroleer de
V−snaaraandrijving.
Waterlozer controleren en eventueel reinigen
Relais in houder controleren en eventueel vervangen.
Waterpeil controleren en eventueel bijvullen.
Nachine stoppen en koelribben met perslucht of stoom reinigen. Lagere druk
gebruiken voor reinigen van ribben.
Ventilator en snaren controleren. Controleren op eventuele belemmering in
tunnel.
Thermostaat controleren en eventueel vervangen.
Kontroleer en vervang deze indien nodig.
Kontroleer het luchtfilter en vervang deze indien nodig.
Kontroleer het regelsysteem.
Regeling en werking van luchtcilinder controleren.
Zie "Het toerental van de motor is te laag".
Vervang de olie−afdichtingsring.
9/270, 9/300, 12/235, 17/235, 21/215, 9/270HA, 9/300HA, 12/235HA, 17/235HA, 21/215HA
41

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave