BELANGRIJK: Als de temperatuursensors in de
droogtrommel een temperatuur onder 4,4 °C
(40 °F) waarnemen, wordt de regelaar van het
brandbestrijdingssysteem geblokkeerd. Deze
functie zorgt dat de droogtrommel niet werkt als de
watertoevoer bevroren is. Alleen wanneer de
temperatuursensors een temperatuur boven 4,4 °C
(40 °F) waarnemen, wordt de machine opnieuw
voor bedrijf ingesteld.
BELANGRIJK: Er moet een flexibele
toevoerleiding/koppeling worden gebruikt. Een
storing in de magneetklep als gevolg van
leidingaansluitingen doet de garantie vervallen. Er
wordt aangeraden om een filter of zeef in de
watertoevoerleiding te installeren.
Wateraansluitingen
De droogtrommel wordt geleverd met twee slangen en
een Y-klep om de watertoevoer aan de droogtrommel
aan te sluiten. De wateraansluitingen moeten op de
bussen van de magneetklep worden aangebracht. Deze
bevindt zich op de achterzijde van de droogtrommel.
De Y-klep beschikt over een enkele slangaaansluiting
(vrouwtje, standaard US 3/4-11 1/2 NH). Zie Figuur 4
en Figuur 5.
3
2
1
Regelkast brandbestrijdingssysteem
2
Magneetklep voor watertoevoer
3
Opening voor extra alarmkabel
Figuur 4
70476401 (DU)
1
TMB2000N
TMB2000N
© Published by permission of the copyright owner - DO NOT COPY or TRANSMIT
Om de twee (met de droogtrommel meegeleverde)
slangen aan te sluiten moet u de rubberen onderlegring
(uit het literatuurpakket) in de wateraansluitingen
plaatsen. Zie Figuur 5.
5
4
2
1
Slot
2
Slangkoppelingen
3
Y-klep
4
Toevoerslangen
5
Opening voor extra alarmkabel
Figuur 5
Sluit de toevoerslangen op de watertoevoer aan. Laat
de leidingen gedurende ongeveer twee minuten
doorstromen om eventuele verontreinigingen te
verwijderen die de zeven in de watermengklep zouden
kunnen verstoppen. Dit is met name belangrijk
wanneer u een droogtrommel in een nieuw of
gerenoveerd gebouw installeert. Sluit de slangen
vervolgens op de Y-klep aan en sluit de Y-klep op de
achterkant van de droogtrommel aan.
BELANGRIJK: Schroef de slangkoppelingen
handvast op de klepaansluitingen en draai deze
daarna met een waterpomptang een kwartslag aan.
Beschadig de schroefdraad niet en draai de
koppelingen niet te vast.
BELANGRIJK: Slangen en andere onderdelen van
natuurrubber verouderen na langdurig gebruik.
Slangen kunnen barsten of kunnen blazen of
slijtage vertonen door de temperatuur en de
voortdurende hoge druk waaraan deze worden
blootgesteld.
Controleer alle slangen jaarlijks op tekenen van
slijtage of veroudering. Als een slang tekenen van
slijtage of veroudering vertoont, moet deze direct
worden vervangen. Vervang alle slangen om de vijf
jaar.
Installeren
1
2
3
TMB2008N
19