Instelling voor meerdere beeldschermen
[Voorbeeld met V MONITOR 3, H MONITOR 3 (zie
1. Raak de toets MENU/EXIT (Menu/Afsluiten) aan om het OSD-menu weer te geven.
2. Raak de toets LEFT/RIGHT (Links/Rechts) aan om MULTI DISPLAY (Meerdere beeldschermen) te selecteren.
3. Raak de toets DOWN/UP (Omlaag/Omhoog) aan om H MONITOR te selecteren. Verplaats de toets LEFT/RIGHT (Links/
Rechts) naar links of rechts om H MONITOR 3 in te stellen.
4. Raak de toets DOWN/UP (Omlaag/Omhoog) aan om V MONITOR te selecteren. Raak de toets LEFT/RIGHT (Links/Rechts)
aan om V MONITOR 3 in te stellen.
5. Raak de toets DOWN/UP (Omlaag/Omhoog) aan om MONITOR NO. (Monitornummer) te selecteren en stel vervolgens het
monitornummer afzonderlijk in.
De monitor links onder moet 1 zijn (hoofdmonitor).
Als u een monitornummer voor een monitor instelt, installeer de monitor dan op dezelfde plaats als waar het nummer van de
voorbeeldinstallatie zwart wordt weergegeven.
6. Raak de toets DOWN/UP (Omlaag/Omhoog) aan om TILE MATRIX ENABLE (Tegelmatrix inschakelen) te selecteren en zet
deze vervolgens op ON (Aan).
Stel alle aangesloten monitoren afzonderlijk in door bovenstaande procedure van 1 tot 6 te herhalen.
pagina
22)]
7 8 9
4 5 6
1 2 3
Nederlands-32