De persoonsdetectiefunctie
De persoonsdetectiefunctie vermindert het energieverbruik doordat de bewegingen van een persoon worden gevolgd.
De functie HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) heeft twee instellingen:
MODE (Modus)
Instelling voor HUMAN SENSOR (Persoonsensor)
LIGHT (Licht)
1
DEEP (Diep)
2
Beeld bij gebruik van persoonsdetectie
A. Wanneer de sensor niemand voor de monitor detecteert, blijft de monitor ingeschakeld gedurenden de tijd die is ingesteld in
HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) > START TIME (Starttijd) (zie
B. Op het scherm van de monitor verschijnt een melding nadat de tijdsperiode is verstreken zonder dat personen zijn
gedetecteerd.
U kunt het meldingsscherm instellen bij SENSOR INFORMATION (Sensorinformatie) (zie
C. Nadat de melding is weergegeven, wordt het scherm geleidelijk donkerder totdat een helderheid van 0% wordt bereikt als
LIGHT (Licht) is ingesteld op HUMAN SENSING (Persoonsdetectie).
Als DEEP (Diep) is ingesteld op HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) schakelt de monitor over naar de energiespaarstand.
D. Wanneer de sensor de terugkeer van een persoon detecteert, wordt de monitor automatisch van de energiespaarstand naar
de normale modus geschakeld.
OPMERKING: Wanneer LIGHT (Licht) is ingesteld op HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) wordt de helderheid van het
monitorscherm geleidelijk verhoogd totdat de oorspronkelijke helderheid wordt bereikt.
E. De monitor keert terug naar de normale modus.
Een gebruiker gaat weg
A
Normale modus
B
C
Normale modus +
melding
(LIGHT/DEEP) (Licht/Diep)
Nederlands-31
Niemand voor de monitor
Helderheid 0%
Energiebesparingsmodus
pagina
16).
pagina
Een gebruiker is terug
D
Energiebesparingsmodus
HUMAN SENSING
(Persoonsdetectie)
21).
E
Terug naar normale modus