2
Kies de sluitertijd met het
instelwiel.
3
Wijzig de scherptediepte en
fotografeer het onderwerp.
Het diafragma wordt automatisch
aangepast om de juiste belichting te
krijgen.
• De diafragmawaarde knippert als de
camera beoordeelt dat er geen juiste
belichting wordt verkregen met de
gekozen sluitertijd. Pas in zulke
gevallen de sluitertijd weer aan.
Opnametechnieken
• Gebruik een statief als de sluitertijd langer wordt.
• Kies een hogere ISO-gevoeligheid als u een binnenopname maakt van
een sport.
Opmerkingen
• De Indicator
in de stand sluitervoorkeuze.
• Hoe hoger de ISO-gevoeligheid, des te opvallender de ruis.
(waarschuwing bewegingsonscherpte) wordt niet weergegeven
De opnamestand selecteren
Sluitertijd
Diafragma (F-waarde)
95