De flitser
Druk op de Fn-knop, selecteer de flitsstand van uw keuze, druk op
de -knop maak opnamen (bladzijde 42).
Opnametechnieken
• De zonnekap kan het licht van de flitser blokkeren. Verwijder de zonnekap
als u de flitser gebruikt.
• Houd bij het gebruik van de flitser een afstand van 1 m of meer van het
onderwerp dat u wilt fotograferen.
• Met langzame-flitssynchronisatie kunt u in het donker een helderdere
afbeelding maken van mensen en achtergronden.
• Met eindsynchronisatie kunt u een natuurlijke foto maken van het spoor
van een bewegend onderwerp, zoals een fietser of een wandelaar.
• U kunt met de HVL-F58AM/HVL-F43AM-flitser (los verkrijgbaar) in de
High-speed-synchronisatiefunctie bij elke sluitertijd een opname maken.
Raadpleeg de bij de flitser geleverde gebruiksaanwijzing voor de
bevestigingsinstructies van de flitser.
Opmerkingen
• Houd de camera niet vast bij de flitserzender.
• De opnamecondities die nodig zijn om te voorkomen dat er schaduwen op een foto
verschijnen, verschillen afhankelijk van de lens.
• Wanneer de belichtingsfunctie wordt ingesteld op Slim automatisch, Superieur
automatisch of de Scènekeuzefunctie, kunnen de opties [Langz.flitssync.],
[Eindsynchron.] en [Draadloos] niet worden geselecteerd.
• Indien de belichtingsstand is ingesteld op P, A, S, M of Telezoom continuopname
voorkeuze AE, kunnen de items [Flitser uit] en [Automatisch flitsen] niet worden
geselecteerd. Duw de flitser naar beneden als u die niet wilt gebruiken.
• Als u de flitser gebruikt met een stereomicrofoon of een dergelijk apparaat,
bevestigd op de Zelfvergrendelende Accessoireschoen, zal de flitser misschien niet
omhoog klappen in de juiste positie en zullen vastgelegde beelden misschien
donkere gedeelten in de hoeken te zien geven. Neem dan het apparaat van de
Zelfvergrendelende Accessoireschoen.
125