AWB (Aut. witbalans)
(Daglicht)
(Schaduw)
(Bewolkt)
(Gloeilamp)
(TL-licht: warm wit)
(TL-licht: koel wit)
(TL-licht: daglichtwit)
(TL-licht: daglicht)
(Flitslicht)
Opnametechnieken
• Gebruik de bracketfunctie van de witbalans als u de gewenste kleurtint
niet in de geselecteerde optie kunt krijgen (bladzijde 144).
• Wanneer u [Kl.temp./Filter] selecteert, kunt u de waarde van uw keuze
aanpassen (bladzijde 136).
• Door [Eigen] te selecteren, kunt u uw instelling opslaan (bladzijde 136).
Het scherm voor fijnaanpassing van kleur
U kunt een fijnaanpassing uitvoeren door
de kleurtemperatuur met het kleurfilter te
combineren.
Kleurtemp.
Kleurfilter
De camera neemt automatisch een lichtbron waar en
past de kleurtinten erop aan.
Bij de selectie van een optie die geschikt is voor een
bepaalde lichtbron, worden de kleurtinten aangepast
aan de lichtbron (vooringestelde witbalans).
Stelt de kleur nauwkeurig af in de richting van B (blauw) met
b en in de richting van A (oranje) met B.
Stelt de kleur nauwkeurig af in de richting van G (groen) met
v en in de richting van M (magenta) met V.
De kleurtinten (Witbalans) instellen
135