Aanvullende gebruikershandleiding PROFIBUS
3
3.1 Voorwaarden
3.2 Pomp instellen
3.2.1 Algemeen
3.2.2 PROFIBUS
®
actief / inactief schakelen
50
®
3.1 Voorwaarden.............................................................. 50
3.2.1 Algemeen................................................................. 50
®
3.3.1 Algemeen................................................................. 52
3.3.2 Weergaven.............................................................. 52
3.4 Installeren................................................................... 54
3.5 Bedrijf.......................................................................... 55
3.5.1 Algemeen................................................................. 55
Het personeel moet de inhoud van de " Gebruikershandleiding
Magneetdoseerpomp gamma/ XL" kennen!
De pomp moet via het Identcode-kenmerk "Besturingsvariant": "R"
"PROFIBUS
®
-DP-interface M12" beschikken. In het bedienings-
menu is dan het menupunt
Actief" verschijnt in het bedieningsmenu tevens „Instellingen
è
PROFIBUS" .)
è
De pomp met PROFIBUS
ingesteld als een standaardpomp, alleen de bus-functionaliteit
wordt toegevoegd.
Bij pauzes langer dan 60 s wordt de instelproce-
dure afgebroken.
Met een ingestoken PROFIBUS
PROFIBUS
®
een deelnemer met slave-functionaliteit volgens DP-
V1. Gebruiksgegevens worden hierbij zowel cyclisch als acyclisch
overgedragen.
Om de pomp via PROFIBUS
„Veldbus" op „Actief" worden ingesteld.
bedieningsmenu
®
actief / inactief schakelen................... 50
®
-module........................... 53
®
DLTa....................................... 65
®
„Veldbus" aanwezig. (Bij „Veldbus
®
-functionaliteit wordt op dezelfde wijze
-module wordt de pomp met
®
®
te kunnen aansturen, moet in het