Standaardlade
4
Laad speciaal papier (dik papier, enveloppen, etc.) hier in.
Normaal papier kan ook in de standaardlade worden ingevoerd.
Voor meer informatie, zie "Papier en originelen" (p.27).
Hendel voor het aanpassen van de druk van
5
de papierinvoer
Gebruiken voor het aanpassen van de druk van de
papierinvoer voor het papiertype in de standaardlade.
Papierdoorvoer standaardlade
6
Gebruiken om te voorkomen dat papier in de standaardlade scheef trekt.
Hendel van de papierdoorvoer
7
Gebruiken voor het verschuiven of vastzetten van de
papierdoorvoer van de standaardlade. De standaardlade is aan
beide kanten op twee plaatsen voorzien van hendels.
Hoofdschakelaar
8
Gebruiken om de spanning AAN en UIT te schakelen. De
spanning staat meestal AAN.
Wanneer de doorvoereenheid met hoge capaciteit is
verbonden, gebruik de hoofdschakelaar. Zie
"Doorvoereenheid met hoge capaciteit" (p.13) voor details.
Scanneraansluiting
9
Gebruiken voor het aansluiten van het netsnoer van de
scanner.
Machineaansluiting
0
Gebruiken voor het aansluiten van het netsnoer van de
machine.
Verlaagknop standaardlade
a
Gebruiken om de standaardlade omhoog of omlaag te halen
wanneer u papier vervangt of toevoegt.
Papierlade
b
Stel hier het papier in dat wordt gebruikt voor het afdrukken.
Speciaal papier zoals dik papier kan niet worden ingesteld.
Voor meer informatie, zie "Papier en originelen" (p.27).
USB-poort
c
Gebruiken voor het aansluiten van een USB-stick om
scandata op te slaan of om afdruktaken op een USB-stick uit
te voeren.
Gebruik een USB-flashstation dat compatibel is met Mass
Storage Class en USB 1.1 of 2.0 specificaties.
Scanner
d
Gebruiken voor het kopiëren of scannen van documenten
die worden gelezen vanaf de glasplaat of de ADF.
Scannerlamp (groen/rood)
e
Licht groen op wanneer de scanner klaar is voor gebruik.
Knippert groen tijdens het opstarten en tijdens het lezen en
knippert rood wanneer er zich een fout heeft voorgedaan.
Glasplaat
f
Leg het origineel met de voorzijde naar beneden tegen de
pijl links bovenaan.
Originelenklep
g
Naar beneden halen om het origineel te bedekken wanneer
dit vanaf de glasplaat wordt gelezen.
Automatic Document Feeder (ADF)
h
Er kunnen tot ongeveer 100 originelen automatisch worden
ingevoerd.
Hendel ADF origineleneenheid
i
Haal deze hendel naar boven om de origineleneenheid te
openen wanneer er originelen zijn vastgelopen.
ADF originelendoorvoer
j
Verschuiven volgens de breedte van het origineel.
ADF uitvoerlade voor originelen
k
Documenten die worden gelezen met de ADF worden hier
uitgevoerd.
Netschakelaar scanner
l
Gebruiken om de scanner AAN en UIT te schakelen.
ComColor serie Basishandleiding 05
Voor het gebruik >> Lees dit eerst
1
11