6
Activeer de streepjescodetoepassing.
Klik op [Start]-[Alle Programma's]-[RISO]-[Software voor
definitie streepjescodegebied].
7
Open, aan de hand van de streepjescodetoepassing,
het bestand dat u in stap 5 heeft opgeslagen.
Specificeer het aantal te lezen pagina's (Specificeer of u 30
opeenvolgende pagina's wil lezen of de pagina's die u wenst
te lezen).
8
Klik op [OK].
Het afdrukbeeld van een origineel verschijnt in het beeld/
streepjescode gebied.
Wanneer u gegevens van verschillend formaat
gebruikt, worden de originele gegevens anders
georiënteerd op het afdrukbeeld. Kies
[Weergeven]-[90° rechtsom draaien/90° linksom
draaien] in de "menubalk", draai het afdrukbeeld in
dezelfde richting als de originele gegevens en
specificeer het streepjescode gebied.
108
9
Omgeef de streepjescode met de
creatie) op het scherm.
Het omgeven gebied is gekleurd en gespecificeerd als het
streepjescode gebied.
Bewerk het streepjescode gebied aan de hand van de
bewerk gereedschappen en menubalk functies.
• U kunt 50 streepjescodes per pagina specificeren
of gebieden zo groot als 30 pagina's. Wanneer u
[Cyclus] specificeert kunt u gebieden herhaaldelijk
toepassen.
• U kunt [Cyclus] op 1 tot 999 pagina's specificeren. U
kunt de informatie van het definiëren van het
gebied toepassen op de gehele pagina door het
gespecificeerd patroon te gebruiken. Zie
"Gebruiksvoorbeelden van de Herhaalfunctie" (p. 1 11)
voor details.
• De pagina's na de gespecificeerde pagina
verschijnen niet op een miniatuur door herhaalde
bewerking.
• Streepjescode gebieden kunnen bewegen op
dezelfde pagina door
gereedschap). Om ze naar de volgende pagina te
verplaatsen, kopieert en plakt u ze. U kunt het
gespecificeerde streepjescode gebied niet plakken
wanneer het groter is dan het origineel.
ComColor serie Basishandleiding 05
(hulpmiddel
te gebruiken (selectie