1
Veiligheidsopmerkingen
1.4
Contra-indicaties voor gebruik
Pagina 6
1.4
Contra-indicaties voor gebruik
De defibrillator mag niet worden gebruikt als de patiënt:
– reageert
– normaal ademt
– een hartslag heeft
Gebruik het apparaat niet in of in de buurt van apparatuur voor beeldvorming
met magnetische resonantie (MRI).
Explosiegevaar! — Het apparaat mag niet worden gebruikt in gebieden waar
explosiegevaar bestaat. Er is explosiegevaar in gebieden met ontvlambare pro-
ducten (benzine), ontvlambare anesthesiegassen of producten voor huidreini-
ging/-desinfectie of op plaatsen waar de zuurstofconcentratie in de omgevings-
lucht hoger is dan 25%.
1.5
Organisatorische maatregelen
Zorg, voordat het apparaat wordt gebruikt, dat er een introductie in de functies
van het apparaat en de veiligheidsvoorzieningen heeft plaatsgevonden en dat
men dit begrijpt.
Bewaar deze gebruikershandleiding op een gemakkelijk toegankelijke plaats en,
indien nodig, als referentie. Zorg ervoor dat deze handleiding altijd compleet en
leesbaar is.
1.6
Veiligheidsbewuste bediening
Gevaar voor elektrische schok! - Gevaar voor gebruiker, hulpverlener en pa-
tiënt.
De energie die op de patiënt wordt toegepast, kan via de patiënt naar andere
personen geleid worden, die daardoor een dodelijke elektrische schok toege-
diend kunnen krijgen. Daarom:
– Raak de patiënt, de elektrodes of andere geleidende voorwerpen niet aan tij-
dens de defibrillatie
– Defibrilleer de patiënt niet als deze zich in een plas water bevindt of op andere
geleidende oppervlakken ligt.
– Schakel het apparaat uit als het niet meer wordt gebruikt.
Explosiegevaar! — Het apparaat mag niet worden gebruikt in gebieden waar
explosiegevaar bestaat. Er is explosiegevaar in gebieden met ontvlambare pro-
ducten (benzine), ontvlambare anesthesiegassen of producten voor huidreini-
ging/-desinfectie of op plaatsen waar de zuurstofconcentratie in de omgevings-
lucht hoger is dan 25%.
Meld alle veranderingen die de veiligheid in gevaar brengen (inclusief de wer-
king) direct aan de verantwoordelijke persoon.
Gebruik alleen originele elektrodes van SCHILLER/ DEFISIGN.
Controleer of de behuizing van het apparaat en de elektrische verbindingen niet
zijn beschadigd.
Zie na gebruik het hoofdstuk
Vervang een beschadigd apparaat, beschadigde kabels en aansluitingen onmid-
dellijk.
Het bedienen van een apparaat met een defecte behuizing of beschadigde ka-
bels is levensgevaarlijk.
Gebruik het apparaat alleen volgens de gespecificeerde technische gegevens.
6 Onderhoud.
DefiSign Life AED