Alarm
Als er een fout gebeurt, wordt er een foutboodschap
weergegeven, het ledlampje wordt rood en het alarm
weerklinkt als volgt:
•
Een snel tjirpend geluid geeft kritieke fouten aan.
•
Een traag tjirpend geluid geeft minder kritieke
fouten aan, zoals vereist onderhoud of
onderhoudsintervallen.
Opmerking:
Tijdens het starten weerklinkt het
alarm kort om te verifiëren of het werkt.
Raadpleeg de Softwaregids voor meer informatie.
Urenteller
De urenteller registreert het aantal uren dat de
motor in bedrijf is geweest. De urenteller werkt als
de motor loopt. Gebruik deze tijden om regelmatig
onderhoudswerkzaamheden te plannen
Uren worden weergegeven in het scherm Motor
– Uitgeschakeld of het menu Teller bedrijfsuren
motor.
Raadpleeg de Softwaregids voor meer informatie.
Contactschakelaar
Start de motor met deze schakelaar. Hij heeft 3
standen: S
, L
TART
OPEN
Opmerking:
De LCD-indicators verschijnen
wanneer elk bedieningselement voldoet aan de
modus 'veilig om te starten' (bv. de indicator wordt
ingeschakeld wanneer u zich in de stoel bevindt.)
Opmerking:
De motor-ECU regelt de gloeibougies
tijdens koude starts. Als de temperatuur van de
koelvloeistof te laag is, wordt het gloeisymbool op de
monitor weergegeven en de startmotor slaat niet aan
wanneer u de motor naar de stand S
gloeibougies activeren in de stand A
Zodra het gloeien lang genoeg heeft geduurd voor de
huidige temperatuur, verdwijnt het gloeisymbool op de
monitor en de motor slaat aan wanneer deze naar de
stand S
wordt gedraaid.
TARTEN
Opmerking:
U kunt de machine starten met de
aftakasschakelaar ingeschakeld, maar u kunt de
messen niet inschakelen. U moet de aftakas resetten
om de aftakas in te schakelen.
Gashendel
De gashendel regelt het motortoerental en er zijn 3
snelheden: Maximum, Efficiënt en Laag.
Raadpleeg de Softwaregids voor meer informatie.
(Figuur
en U
.
IT
draait. De
TARTEN
of S
AN
TARTEN
Maaimesschakelaar (aftakas, PTO)
Met de messchakelaar (aftakas) schakelt u de
aandrijving naar de maaimessen in of uit
De LCD-indicator verschijnt op het informatiescherm
wanneer de aftakasschakelaar uitgeschakeld is.
Opmerking:
Horizon monitor hebben een koppelingsvriendelijke
functie, waardoor de gashendel automatisch het
motortoerental gaat verminderen wanneer u de
aftakasschakelaar uitschakelt. De aftakasschakelaar
in- en uitschakelen verandert het motortoerental
tussen de modus M
Opmerking:
aftakasschakelaar ingeschakeld, maar u kunt de
messen niet inschakelen. Om de aftakas in te
schakelen, moet u de aftakasschakelaar resetten door
deze uit te schakelen en dan in te schakelen.
5).
Hefschakelaar
Druk de schakelaar achteruit om het maaidek omhoog
te brengen.
Druk de schakelaar vooruit om het maaidek te laten
zakken.
Rijhendels
De rijhendels worden gebruikt om de motor vooruit en
achteruit te laten rijden en om bochten naar links of
naar rechts te maken
Vergrendelde neutraalstand
Zet de rijhendels vanuit het midden naar buiten naar
de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
machine verlaat
de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
stopt of onbeheerd achterlaat.
.
Parkeerremhendel
Als u de motor afzet, moet u de parkeerrem in werking
stellen om te voorkomen dat de machine per ongeluk
in beweging komt.
16
Machines die uitgerust zijn met de
en T
AAIEN
RANSPORTEREN
U kunt de machine starten met de
(Figuur
4).
wanneer u de
(Figuur
22). Zet de rijhendels altijd in
als u de machine
(Figuur
5).
.