Onderhoud van de
maai-eenheid
Veiligheid van de messen
Versleten of beschadigde messen of ondermessen
kunnen breken en een stuk ervan kan naar u of
naar omstanders worden uitgeworpen en zo ernstig
lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
•
Controleer op gezette tijden de maaimessen
en ondermessen op overmatige slijtage en
beschadigingen.
•
Wees voorzichtig als u de messen controleert.
Draag handschoenen en wees voorzichtig als
u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de
messenkooien. De maaimessen en ondermessen
mogen alleen worden vervangen of gewet; probeer
ze nooit te rechten of eraan te lassen.
•
Let op bij machines met meerdere maai-eenheden:
als u één maai-eenheid draait, kunnen de
messenkooien in de andere maai-eenheden ook
in beweging komen.
Een maai-eenheid
verwijderen en monteren
Een maai-eenheid verwijderen van
de machine
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
Zet de motor af, stel de parkeerrem in werking
en haal het sleuteltje uit het contact.
2.
Ontgrendel en laat de maai-eenheid neer op
de grond.
3.
Verwijder de 2 bouten waarmee de motor van de
maai-eenheid is bevestigd aan de aandrijfzijde.
Verwijder de motor en leg hem op een veilige
plaats, uit de weg.
4.
Verwijder de dop en verwijder de moer (M24) en
ring uit de draaias
Opmerking:
Bewaar de ring op de
middelste maai-eenheid tussen de arm en het
draaiende gietstuk; bewaar ook het andere
bevestigingsmateriaal
(Figuur
76).
(Figuur
77).
1. Dop
2. Moer
Alleen middelste maai-eenheid
1. Ring
5.
Schuif de maai-eenheid van de as.
Een maai-eenheid op de machine
monteren
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
Zet de motor af, stel de parkeerrem in werking
en haal het sleuteltje uit het contact.
2.
Zorg ervoor dat de borgring uitsluitend aan de
aandrijfzijde is aangebracht.
3.
Ontgrendel en laat de relevante arm neer op
de grond.
4.
Schuif de maai-eenheid op de pen tot de
lagerbus van de arm het draaiende gietstuk
raakt.
Opmerking:
middelste maai-eenheid tussen de arm en het
draaiende gietstuk
5.
Monteer de ring en borgmoer (M24) en draai de
borgmoer vast
6.
Draai de borgmoer los met een halve kwartslag
tot een kwartslag zodat de maai-eenheid vrij kan
ronddraaien.
54
Figuur 76
3. Ring
Figuur 77
Monteer de aanwezige ring op de
(Figuur
77).
(Figuur
76).
g037002
g036883