Bedieningsorganen van de
machine
Parkeerrem
WAARSCHUWING
De handrem werkt uitsluitend op de
voorwielen.
Parkeer de machine niet op een helling.
Beweeg de parkeerremschakelaar in de stand vooruit
door de kleine vergrendelknop in te drukken en de
schakelaar vooruit te bewegen om de handrem in te
schakelen
(Figuur
15).
Opmerking:
Gebruik de machine niet als de
handrem ingeschakeld is, en trek de handrem niet op
als de machine in beweging is.
Dit lampje gaat branden als de parkeerrem in werking
is gesteld en het contactsleuteltje op I is gedraaid.
Figuur 15
1. Parkeerremschakelaar
Bedrijfsrem
GEVAAR
De bedrijfsremmen houden de machine niet
tegen.
Schakel de parkeerrem altijd in als u de
machine parkeert, zodat de machine niet in
beweging kan komen.
De bedrijfsremmen werken via de hydraulische
transmissie. Als u de tractiepedalen loslaat of het
motortoerental afneemt, worden de serviceremmen
in werking gesteld en de rijsnelheid automatisch
verminderd. Om de remwerking te versterken, moet
u het tractiepedaal in de
bedrijfsremmen werken uitsluitend op de voorwielen.
duwen. De
NEUTRAALSTAND
Noodrem
Als de serviceremmen niet werken, moet u het
contactsleuteltje op uit draaien om de machine tot
stilstand te brengen.
Tractiepedalen
Vooruitrijden: Trap het vooruit-tractiepedaal in om
de rijsnelheid te verhogen. Laat het pedaal opkomen
om de rijsnelheid te verminderen
Achteruitrijden: Trap het achteruit-tractiepedaal in
om de achterwaartse rijsnelheid te verhogen. Laat het
pedaal opkomen om de rijsnelheid te verminderen
(Figuur
16).
Stoppen (neutraal): Om de machine te stoppen,
volgt u 1 van de volgende procedures:
•
Laat het tractiepedaal opkomen en weer
terugkeren naar de neutraalstand. De machine
remt dynamisch en komt vloeiend tot stilstand.
•
Het achteruitrijpedaal aantikken of kortstondig
intrappen. Hierdoor stopt de machine sneller dan
bij dynamisch remmen.
g034880
1. Tractiepedaal voor
achteruit
Verstelbare stuurkolom
Het stuurwiel en de stuurkolom mogen uitsluitend
worden versteld als de machine stilstaat en de
parkeerrem is ingeschakeld.
1.
Om het stuurwiel te kantelen, drukt u het pedaal
in.
2.
Breng de stuurkolom in de meest comfortabele
positie en laat het pedaal los
14
(Figuur
16).
Figuur 16
2. Tractiepedaal voor vooruit
(Figuur
17).
g014420