De witbalans aanpassen
Elke keer dat de belichtingsomstandigheden
wijzigen, dient u de witbalans opnieuw aan
te passen om optimale kleurenweergave te
verkrijgen.
Knop
2,3 8 1,7
BARS
BLACK
FREEZE
SCENE FILE
SELECT
BARS
1
Druk op de knop
menu MAIN weer te geven.
2
Selecteer het menu WHITE
BALANCE en stel MODE in op
AWB.
<WHITE BALANCE>
>MODE
R. PAINT
B. PAINT
AREA
Select
MENU
Voor het gebruik van het menu, zie
"Bediening met menu's" op pagina 16.
3
Selecteer AREA met de knoppen V en
v en stel het in op NORMAL met de
knoppen B en b.
Er verschijnt een detectievenster.
<WHITE BALANCE>
MODE
R. PAINT
B. PAINT
>AREA
Select
MENU
Voor meer gegevens, raadpleeg "Menu
WHITE BALANCE" op pagina 22.
2
AE AREA
MENU
SELECT
WHITE
ENTER
LOCK
MENU om het
[A]
AWB
+ _
0
+ _
0
NORMAL
Back
[A]
AWB
+ _
0
+ _
0
NORMAL
Back
4
Geef het camerabeeld weer op het
monitorscherm.
Opmerking
Als er een kleurbalksignaal wordt
weergegeven op het scherm, druk dan op de
knop BARS om dit te verlaten.
5
Stel de diafragmabediening in op de
juiste opening.
6
Plaats een wit object (wit patroon, wit
kleed o.i.d.) onder dezelfde
belichtingsomstandigheden als die
van het op te nemen object en zoom in
op het witte object totdat dit het
detectievenster op het scherm vult.
Opmerkingen
• Zorg dat er geen spiegelende objecten in
beeld zijn.
• Maak opnamen altijd onder geschikte
belichtingsomstandigheden.
7
Druk tweemaal op de knop
MENU om het menu te verlaten.
8
Druk op de knop
Tijdens het aanpassen verschijnen de
balken. Het bericht "WHITE: OK"
verschijnt op het scherm als de
aanpassing gereed is.
Het aangepaste witniveau wordt
automatisch in het geheugen opgeslagen
en blijft behouden, zelfs als u de camera
uitzet.
Wilt u onder dezelfde omstandigheden
nog een opname maken, dan kunt u de
opgeslagen witbalans ophalen door in
het menu WHITE BALANCE MODE in
te stellen op AWB.
Opnamen maken
WHITE.
31