Probleemoplossing
De volgende tabel kan u helpen bij het oplossen van problemen. Volg de onder-
staande stappen om een probleem op te lossen.
Probleem
Het scherm blijft
donker nadat de
aan/uit-schakelaar is
ingedrukt.
De vloeistof bereikt de
sproeikop niet.
De slang kan niet in
de pomp worden
geplaatst.
De pompklep kan niet
goed worden
gesloten.
De punt kan niet in de
fles worden gestoken.
De sproeikop past niet
goed op het
tandimplantaat.
De spons blijft niet
goed op de sproeikop
zitten.
De sproeikop druppelt
nadat het slangpakket
is geplaatst en is
bevestigd aan de
slanghouder.
44
Mogelijke oorzaken en te nemen maatregelen
Controleer of de voedingskabel plus stekker correct is
aangesloten op het stopcontact en of het stopcontact
(mogelijk een klemmenstrook) is ingeschakeld.
Controleer of de voedingskabelstekker van de besturings-
eenheid correct op de besturingseenheid is aangesloten.
Schakel vervolgens het apparaat uit en weer in met de aan/uit-
schakelaar.
Controleer of de slang correct in de pomp is geplaatst.
Controleer of de slang goed op de fles is aangesloten.
Controleer of de fles vol is.
Controleer of de slang is geknikt.
Controleer of de pompklep volledig is geopend.
Controleer of de slang correct in de pomp is geplaatst. Als
deze niet correct in de geleidingsgroeven is geplaatst, kan
hierdoor het sluiten van de pomp worden verhinderd.
Controleer of de beschermdop van de punt is verwijderd.
Controleer of het te reinigen tandimplantaat overeenkomt met
de afmetingen die worden beschreven in het hoofdstuk
"Belangrijke opmerkingen - contra-indicaties".
Zorg ervoor dat de spons wordt vastgehouden door de
groeven op de sproeikop.
Zorg ervoor dat de slang op de juiste manier in de pomp is
geplaatst en dat de pompklep correct is gesloten.