Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruik geen verontreinigde sproeikop.
Zorg ervoor dat het slangpakket vrij kan
bewegen tussen de besturingseenheid en de
patiënt en niet vast kan komen te zitten of
worden geblokkeerd door andere voorwerpen.
Wanneer het slangpakket volledig is samen-
gesteld zoals hierboven beschreven – punt in
de fles, connector in het apparaat, slang in de
pomp, pompklep gesloten en sproeikop op het
tandimplantaat geplaatst voor reiniging –
bevestigt u dit op de besturingseenheid met de
knop
CONFIRM
(BEVESTIGEN).
"Ready – Press Start" (Gereed – druk op Start)
wordt weergegeven.
Zorg ervoor dat de zuigeenheid klaar is voor
gebruik bij de behandelstoel en gemakkelijk op
elk gewenst moment in de mond kan worden
geplaatst. Tijdens het reinigen moet de
reinigingsvloeistof die van het tandimplantaat
wegloopt, continu en effectief worden opge-
zogen.
Gebruik uitsluitend een niet-metalen zuigings-
systeem.
Tijdens het reinigingsproces moeten metalen
instrumenten, houders, en dergelijke op een
afstand van ten minste 20 mm van het te
reinigen tandimplantaat worden gehouden.
Vertel de patiënt dat tijdens het daarop-
■
volgende reinigingsproces een zoutoplossing in
de mond wordt gespoeld, zodat de patiënt hier
niet van schrikt. Vertel hem of haar dat de
vloeistof zout smaakt, maar onschadelijk is, en
dat deze zoveel mogelijk wordt weggezogen.
Start het reinigingsproces door op de knop
START
te drukken.
37
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
