Veiligheidsinstructies voor de instelling en de bedrijfsomgeving van de
GS 1000-besturingseenheid en de bijbehorende systeemcomponenten
De besturingseenheid moet zodanig worden geplaatst dat het stopcontact en de
aan/uit-schakelaar aan de achterkant van het apparaat te allen tijde gemakkelijk
bereikbaar zijn.
De stekker van de externe voedingskabel wordt gebruikt om het apparaat volledig
uit te schakelen. Derhalve mag het apparaat niet zodanig worden opgesteld dat het
moeilijk is om de stekker van de voedingskabel van het apparaat los te koppelen.
Om elektronische interferentie door aangrenzende apparatuur te voorkomen, mag
u deze apparatuur niet opstapelen of samen met aangrenzende apparatuur
bedienen. Dit kan namelijk leiden tot een onjuiste werking. Als een dergelijke
toepassing nodig is, moet dit apparaat en de andere apparaten worden
geobserveerd om te controleren of de apparaten zich normaal gedragen.
Vermijd het gebruik van dit apparaat naast of gestapeld met andere apparatuur,
omdat dit kan leiden tot een onjuiste werking. Als een dergelijke toepassing nodig
is, moet dit apparaat en de andere apparaten worden geobserveerd om te
controleren of de apparaten normaal functioneren.
Draagbare radiofrequente communicatieapparatuur (inclusief randapparatuur zoals
antennekabels en externe antennes) mag zich niet dichterbij dan 12 inch (30 cm)
ten opzichte van enig onderdeel van de besturingseenheid van de GS 1000
bevinden, inclusief de kabels en snoeren die in deze handleiding worden
gespecificeerd. Anders kan de werking van het apparaat negatief worden
beïnvloed.
Gebruik het apparaat niet in de buurt van ontvlambare mengsels.
Veiligheidsinstructies voor accessoires en bijbehorende
systeemcomponenten
Risico van absorptie van giftige stoffen of opnieuw ontsteken. Alleen originele
accessoires en systeemonderdelen die door de fabrikant zijn geleverd, mogen
worden gebruikt.
Risico van infectie door meervoudig gebruik van onderdelen waarvan het label
aangeeft dat ze na gebruik als afval moeten worden verwijderd. De steriel verpakte
wegwerponderdelen zijn uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik. Ze mogen
slechts voor één patiënt en één enkele toepassing worden gebruikt, waarna ze op
de juiste manier moeten worden afgevoerd.
14