LET OP:
Puntige of scherpe instrumenten en schrapers
kunnen op de gebruikelijke wijze rechtstreeks op
de plaat gebruikt worden om voedsel te snijden of
resten te verwijderen.
LET OP:
Vervang het blad van de schraper als het niet
perfect scherp is.
G.2
Enkele storingen en hun oplossingen (gasmodellen)
Ook bij het reguliere gebruik van het apparaat kunnen zich storingen voordoen.
Storing
De waakvlambrander ontsteekt niet
De waakvlambrander gaat uit nadat
de ontstekingsknop losgelaten
wordt
De waakvlambrander is nog inge-
schakeld maar de hoofdbrander
ontsteekt niet
Het is niet mogelijk de temperatuur
van de frytop te regelen
AANWIJZINGEN VOOR DE VERVANGING VAN DE COMPONENTEN
(werkzaamheden die men dient te laten verrichten door gespecialiseerd personeel)
Gasventiel
Waakvlambrander, thermokoppel,
ontsteking fry top
Hoofdbrander fry top
OK
Mogelijke oorzaken:
• De ontsteking zit niet goed vast of is slecht aangesloten;
• De ontsteking of de ontstekingskabel is beschadigd;
• Onvoldoende druk in de gasleidingen;
• De sproeier is verstopt;
• Het gasventiel is defect;
• Het thermokoppel wordt niet voldoende verwarmd door de waakvlambrander.
• Het thermokoppel is defect.
• De ontstekingsknop van het gas wordt niet voldoende ingedrukt.
• Geen gasdruk bij het ventiel.
• Het gasventiel is defect.
• Drukval in de gasleiding.
• Sproeier verstopt of gasventiel defect.
• De gasuitgangsopeningen van de brander zijn verstopt.
• De thermostaatbol is defect.
• Het gasventiel is defect.
1. Verwijder de knoppen en het bedieningspaneel;
2. Schroef de leiding van de waakvlambrander en het thermokoppel los;
3. Schroef de gasingangs- en uitgangsverbindingen los;
4. Til de bereidingsplaat aan de voorkant op en verwijder de thermostaatbol;
5. Voer dezelfde procedure in omgekeerde volgorde uit voor de installatie.
1. Verwijder de knoppen en het bedieningspaneel;
2. Vervang het onderdeel.
1. Verwijder de knoppen en het bedieningspaneel;
2. Verwijder de bereidingsplaat, door eerst de thermostaatbollen weg te schuiven;
3. Verwijder de bevestiging van de brander aan de gasleiding naar de
sproeierhouder;
4. Verwijder de brander en vervang hem.
Voer dezelfde procedure in omgekeerde volgorde uit voor de installatie.
Opvangbakken en -laden (eventueel meerdere malen per
dag)
• Verwijder vet, olie, voedselresten enz. uit bakjes, laden of
houders in het algemeen die bedoeld zijn voor opvang;
• Maak deze houders altijd schoon aan het einde van de dag;
• Maak de houders tijdens het gebruik van het apparaat leeg
wanneer ze bijna vol zijn.
G.1.5
Perioden waarin het apparaat niet gebruikt wordt
Tijdens de periodes waarin het apparaat lange tijd niet gebruikt
wordt, moet u de volgende voorzorgsmaatregelen treffen:
• Sluit de ventielen of hoofdschakelaars vóór het apparaat;
• Smeer alle roestvrijstalen oppervlakken goed in met een
klein beetje paraffine-olie, zodat er een beschermend
laagje ontstaat;
• Lucht de ruimte regelmatig;
• Controleer het apparaat voordat u het opnieuw gaat
gebruiken;
• Voor elektrisch verwarmde modellen: schakel de machine
in op de minimale verwarmingssnelheid gedurende ten
minste 45 minuten; hierdoor kan vocht dat zich in de
verwarmingselementen
zonde ze te beschadigen.
heeft
opgehoopt
verdampen
23