3. Controleer de bovenste buis, onderste buis, de kap van
de grasvanger en de blazerconstructie. Vervang deze
onderdelen als zij gebarsten of gebroken zijn.
4. Controleer de zakken, het frame van de grasvanger
en het scherm. Vervang onderdelen die gebarsten of
gebroken zijn.
5. Draai alle moeren, bouten en schroeven goed aan.
De maaimessen controleren
1. Controleer de maaimessen regelmatig, en altijd als het
mes een vreemd voorwerp heeft geraakt.
2. Als de messen sterk zijn versleten of beschadigd,
moet u nieuwe messen monteren. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de maaimachine voor het
volledige onderhoud van de messen.
Maaimessen monteren
In de meeste maaiomstandigheden bieden de standaardmessen
met een hoge vleugel de beste grasvangresultaten.
Gebruik een Toro Atomic-mes om bladeren op te vangen in
droge omstandigheden. In droge, stoffige omstandigheden
verminderen de messen met een gemiddelde of lage vleugel de
hoeveelheid uitgeblazen stof en vuil terwijl er een effectieve
luchtstroom is voor het grasvangen.
Neem contact op met een erkende servicedealer voor
informatie over de juiste messen in verschillende
maaiomstandigheden.
Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de machine voor meer
informatie over het monteren van de messen.
Grasgeleider monteren
WAARSCHUWING
Als de uitworpopening niet afgedekt is, kan de
machine voorwerpen uitwerpen naar u of naar
omstanders; dit kan ernstige letsels veroorzaken.
Daarnaast kunt u ook in contact komen met het
mes.
• Gebruik de machine nooit zonder afdekplaat,
mulchplaat of een grasafvoer en een grasvanger.
• Controleer of de grasgeleider omlaag staat.
1. Verwijder de borgmoer, bout, veer en afstandsstuk
waarmee de grasgeleider vastzit op de draaibeugels
(Figuur
42).
2. Verwijder een beschadigde of versleten grasgeleider.
3. Plaats een afstandsstuk en de veer op de grasgeleider.
Plaats het L-vormige eind van de veer achter de rand
van het maaidek.
Opmerking: Zorg ervoor dat het L-vormige eind van
de veer is gemonteerd achter de rand van het maaidek
voordat u de bout plaatst zoals wordt aangegeven in
Figuur
42.
4. Monteer de bout en de moer.
5. Plaats het J-vormige haakeind van de veer om de
grasgeleider
(Figuur
Belangrijk: De grasgeleider moet volledig omlaag
kunnen klappen. Til de grasgeleider omhoog om
te controleren of deze volledig omlaag klapt.
1. Bout
2. Afstandsstuk
3. Borgmoer
4. Veer
25
42).
Figuur 42
5. Gemonteerde veer
6. Grasgeleider
7. L-vormige uiteinde van
de veer achter de rand
van het maaidek plaatsen
voordat u de bout monteert
8. J-vormig haakuiteinde van
veer