Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruiksaanwijzing

10. Storingsanalyse

Algemeen kan men stellen dat een grote inwendige lekkage meestal zijn oorzaak in de regelaar heeft, en dat kleine
lekkages meestal zijn oorzaak in de stuurdrukregelaar heeft.
Storing
De regelaar staat snel te
pendelen (trillen) bij een
afname met een gemiddeld
laag volume
Regelaar sluit niet volledig,
sluitdruk te hoog
Druk in de uitlaat blijft stijgen
door disfunctioneren
stuurdrukregelaar
Druk in de uitlaat blijft stijgen
door disfunctioneren VAK
Druk in de uitlaat blijft stijgen
door disfunctioneren regelaar
12
Analyse
1. Controleer of er geen onderdelen uitgewisseld zijn waar restricties in zitten.
Bij een afname met een hoog volume zal het ontbreken van restricties
minder invloed hebben.
2. De afstelling van de stuurdrukregelaar is ontregeld. Opnieuw inregelen
volgens hoofdstuk 4 "Nastellen".
3. Rolmembraan van de regelaar is getordeerd.
4. Weerstand op de klepas van de regelaar.
5. Golfreflecties vanuit het uitlaatgedeelte naar de regelaar. Verstoringen (b.v.
water in leiding) elimineren.
Opmerking: een zaagtandvormige pendelbeweging is het gevolg van interne
weerstand op de lagering. Het niet aanhouden van de montagevoorschriften (zie
hoofdstuk 2) kan de werking nadelig beïnvloeden.
Controle volgorde:
1. Van regelaar pilot leiding Pm verwijderen en afstoppen (voor Pm, zie sticker
op regelaar). Indien de druk te hoog blijft, dan zit de oorzaak niet in de
stuurdrukregelaar, maar in de regelaar of de veiligheidsklepafsluiter.
2. Veiligheidsklepafsluiter sluiten. Blijft de druk in het uitlaatgedeelte toenemen
dan is de oorzaak in de veiligheidsklepafsluiter te vinden*. Indien de druk
niet meer toeneemt, dan is de regelaar de oorzaak van het disfunctioneren
(zie 3 onderstaande storingen).
*Theoretisch is het mogelijk dat in de regelaar de drukvereffeningsleiding en de
klep gelijktijdig lekken. Dit is te controleren door de veiligheidsklepafsluiter te
isoleren d.m.v. het ontkoppelen van de beïnvloedingsleiding.
Als er een beschadiging of vuil aanwezig is in de toestroomklep van de
stuurdrukregelaar, dan kan dit voor lekkage zorgen. Hierdoor neemt de
stuurdruk toe. Zie documentatie DDD3000MHNL.
1. Er is een verbinding tussen de inlaat en de veiligheids -klepafsluiter,
waardoor gas via de beïnvloedingsleiding kan lopen naar de uitlaat. O-ring
lekt waardoor er gas langs de as naar de beïnvloedingsleiding kan stromen.
2. De klep sluit niet goed aan op de zitting, waardoor er gas langs kan stromen.
(beschadiging zitting en/of kleprubber).
1. De klep sluit niet goed aan op de zitting, waardoor er gas langs kan stromen.
(beschadiging zitting en/of kleprubber).
2. De drukvereffeningsleiding veroorzaakt het lek (ventiel sluit niet).
3. Er zit een scheur in het rolmembraan, waardoor gas met de inlaatdruk via de
procesleiding naar de uitlaat kan stromen.
DDD3101GHNL/11-2019/rev.13
RS300S

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave