Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 Inhoudsopgave Gebruiksomstandigheden ..................3 Transport en opslag ....................3 Leveringsomvang, identificatie ................3 3.1. Insert uitvoeringen ........................3 3.2. Insert label ..........................3 Regelaar uit gebruik nemen ..................4 Verwisselen van de insert ..................4 Regelaar in gebruik nemen ..................
Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 Gebruiksomstandigheden Drukbereik inlaatdruk 0,5 tot 10,0 bar. • Drukbereik uitlaatdruk van 0,02 tot 6,4 bar. • Omgevingstemperatuur –20 tot +60 °C. • Transport en opslag Om beschadiging van de gasdrukregelaar tijdens transport en opslag te voorkomen dienen de onderstaande punten zorgvuldig nageleefd te worden: De insert moet in de originele verpakking getransporteerd en opgeslagen worden.
Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 Regelaar uit gebruik nemen Werkzaamheden mogen alleen plaatsvinden door een geautoriseerde • medewerker, aan een drukloze gasdrukregelaar Tijdens de werkzaamheden kan het in de gasdrukregelaar aanwezige gas • vrijkomen, gasdetectie is noodzakelijk. Doorloop de volgende stappen bij het uit gebruik te nemen van de gasdrukregelaar Sluit de inlaatafsluiter;...
Pagina 5
Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 montagevlak van de insert moet geheel aanliggen op de ondermembraanbak. Plaats een nieuwe (bijgeleverde) rubber ring (7) om de as van de insert (12). Schuif het hoofdmembraan (2) met zijn bijbehorende schotels (4) om de as. Monteer de M8 moer (6) met zijn bijbehorende sluitring op de insert as (12).
Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 Regelaar in gebruik nemen Bij het uitvoeren van de volgende stap komt er gas vrij. Neem maatregelen om gevaarlijke situaties te voorkomen. De gasdrukregelaar mag in gebruik genomen worden, als aan de volgende punten voldaan is: Controleer of de ingestelde drukwaarden Pd overeenkomen met het ontwerp van het •...
Installatiehandleiding insert gasdrukregelaar RS350S PN10 Figuur 2 Wanneer naar de stabiele regeling wordt gedraaid, is bij regelaars met Pd < 100 mbar duidelijk te zien, dat wanneer een stabiele regeling wordt bereikt, de geregelde uitlaatdruk iets afneemt. Als de instelling op het punt gezet wordt waarbij de uitlaatdruk net niet afneemt, dan is de sluitdruk minimaal en de sluitsnelheid maximaal.