4 Installatie van de leidingen
d
c
b
a
b
a
Water ruimteverwarming/-koeling UIT (Ø22 mm)
b
INGANG water ruimteverwarming/-koeling (Ø22 mm) en
afsluiter met geïntegreerd filter (accessoire)
c
Warm tapwater: warm water UIT (Ø22 mm)
d
Warm tapwater: koud water IN (Ø22 mm)
OPMERKING
Er wordt geadviseerd afsluiters te monteren op de
aansluitingen voor de INgang van het koud water en de
UITgang van het warm water. De afsluiters moeten ter
plaatse voorzien worden.
OPMERKING
Over de afsluiter met geïntegreerd filter (geleverd als
accessoire):
▪ De installatie van de klep aan de waterinlaat is
verplicht.
▪ Houd rekening met de stroomrichting van de klep.
OPMERKING
Expansievat. Er MOET een expansievat (ter plaatse te
voorzien) op de retourleiding worden geplaatst vóór de
waterpomp en op maximum 10 m van de unit.
OPMERKING
Monteer de ontluchtingsventielen op alle hoge punten.
OPMERKING
Een drukveiligheidsklep (ter plaatse te voorzien) met een
openingsdruk van maximum 10 bar (=1 MPa) moet worden
geïnstalleerd op de aansluiting van de koudtapwaterinlaat
conform de geldende wetgeving.
4.3.2
De hercirculatieleiding aansluiten
Vereiste: Alleen nodig als u hercirculatie in uw systeem moet
hebben.
1 Verwijder het bovenpaneel van de unit, zie
openen" [ 4 6].
2 Snij de rubberen ringsluiting bovenaan de unit uit en verwijder
de stop. De hercirculatieaansluiting bevindt zich onder de
wateruitlaatleiding van de ruimteverwarming/-koeling.
3 Leid de hercirculatieleidingen door de ringsluiting en sluit ze
aan op de hercirculatieaansluiting.
Installatiehandleiding
12
4 Plaats het bovenpaneel terug.
4.3.3
Gebruik
ruimteverwarmingscircuit te vullen. Controleer of u voldoet aan de
geldende wetgeving.
4.3.4
1 Open om beurt elke warmwaterkraan om de leidingen van het
systeem te ontluchten.
2 Open de toevoerkraan van het koud water.
3 Sluit alle waterkranen nadat alle lucht uit de leidingen is
verwijderd.
"3.2.1 De binnenunit
4 Controleer op waterlekkages.
5 Bedien
overdrukveiligheidsklep om zeker te zijn dat het water
ongehinderd doorheen de afvoerleiding kan vloeien.
4.3.5
Alvorens de waterleidingen te isoleren is het belangrijk te
controleren of er geen waterlekken zijn, vooral kleine lekken. Kleine
lekken worden gemakkelijk over het hoofd gezien, maar kunnen de
unit en alles rondom na een tijdje beschadigen.
4.3.6
Alle leidingen in het hele watercircuit MOETEN worden geïsoleerd
om verminderde verwarmingscapaciteit te voorkomen.
Het ruimteverwarmingscircuit vullen
een
ter
plaatse
te
voorziene
OPMERKING
▪ De aanwezigheid van lucht in het watercircuit kan de
back-upverwarming slecht doen werken. Tijdens het
vullen kan wellicht niet alle lucht uit het circuit worden
verwijderd. De resterende lucht zal tijdens de eerste
uren in bedrijf van het systeem via de automatische
ontluchtingsventielen verwijderd worden. Achteraf kan
het nodig zijn extra water te moeten bijvullen.
▪ Om het systeem te ontluchten, gebruik de speciale
functie
zoals
beschreven
Inbedrijfstelling" [ 4 37]. Deze functie moet in
"7
principe gebruikt worden om de warmtewisselaar van
de tank voor warm tapwater te ontluchten.
De tank voor warm tapwater vullen
handmatig
de
ter
Op waterlekkages controleren
OPMERKING
Controleer, na het plaatsen van de waterleidingen, alle
verbinding op lekkage.
De waterleidingen isoleren
vulkit
om
het
in
hoofdstuk
plaatse
geplaatste
EWSAH/X06DA9W
Daikin Altherma 3 WS
4P675759-1 – 2021.10