probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is
opgelost.
•
Oplossing 1: Druk op de knop Aan om het apparaat in te schakelen.
•
Oplossing 2: stel uw apparaat als standaardprinter in
•
Oplossing 3: Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer
•
Oplossing 4: controleer of de cartridges goed zijn geïnstalleerd en of ze nog inkt
bevatten
•
Oplossing 5: papier in de invoerlade plaatsen
Oplossing 1: Druk op de knop Aan om het apparaat in te schakelen.
Oplossing: Bekijk het display van de printer. Als het display leeg is en de knop
Aan niet is verlicht, is de printer uitgeschakeld. Zorg dat het netsnoer stevig is
aangesloten op de printer en in een stopcontact gestoken is. Druk op de knop Aan
om de printer in te schakelen.
Oorzaak: Het apparaat stond mogelijk uitgeschakeld.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 2: stel uw apparaat als standaardprinter in
Oplossing: Gebruik de systeemtools op uw computer om uw apparaat in te stellen
als standaardprinter.
Oorzaak: U kunt de afdruktaak naar de standaardprinter sturen, maar dit apparaat
was niet de standaardprinter.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 3: Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer
Oplossing: Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer.
Oorzaak: Het apparaat en de computer stonden niet met elkaar in verbinding.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 4: controleer of de cartridges goed zijn geïnstalleerd en of ze nog inkt
bevatten
Oplossing: controleer of de cartridges goed zijn geïnstalleerd en of ze nog inkt
bevatten.
Oorzaak: Er was wellicht een probleem met een of meer cartridges.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Problemen met de installatie oplossen
51