2.
Til de achterkant van de kap op en haal de haak op de voorkant los.
INSTALLEREN
1.
Laat de motorkap over de motor zakken. Breng eerst de voorkant van de motorkap omlaag en steek
het voorste haakje in de opening. Laat de kap vervolgens op zijn plaats op de onderbak zakken.
2.
Druk de motorkap zacht omlaag en vergrendel de kap vervolgens door de sluiting in te drukken.
Controleer of de motorkap goed vastzit door de achterkant van de kap omhoog te trekken.
Onderhoud van de buitenkant
Uw buitenboordmotor wordt beschermd door duurzame lak. Maak de lak regelmatig schoon en zet deze in de
was, gebruikmakend van geschikte reinigingsmiddelen en was.
Accu inspecteren
De accu moet periodiek worden geïnspecteerd om te waarborgen dat de motor kan starten.
BELANGRIJK: Lees de met de accu meegeleverde veiligheids- en onderhoudsinstructies.
1.
Zet de motor af voordat u onderhoud aan de accu verricht.
2.
Controleer of de accu tegen beweging is geborgd.
3.
De accukabelpolen moeten schoon, goed aangedraaid en juist aangebracht zijn. Plus op plus en min
op min.
4.
Zorg dat de accu van een niet-geleidende afscherming is voorzien om te voorkomen dat de accupolen
onverwacht worden kortgesloten.
Brandstofsysteem
Brandstof is brandbaar en kan exploderen. Controleer of de contactsleutel op Uit staat en of de
dodemansschakelaar zo is ingesteld dat de motor niet kan aanslaan. Rook niet en zorg dat vonken en
open vuur uit de buurt blijven tijdens de procedure. Zorg voor goede ventilatie van de werkruimte en
vermijd langdurige blootstelling aan brandstofdampen. Controleer altijd op eventuele lekkage voordat u
probeert de motor te starten en verwijder gemorste brandstof altijd onmiddellijk.
Voordat u onderhoud aan een onderdeel van het brandstofsysteem uitvoert, moet u de motor stoppen en de
accu loskoppelen. Tap het brandstofsysteem helemaal af. Gebruik een goedgekeurde opvangbak om
brandstof in op te vangen en op te slaan. Dep eventueel gemorste brandstof onmiddellijk op. Gooi materiaal
waarmee gemorste brandstof is opgedept weg in een daarvoor bedoelde afvalbak. Onderhoud aan het
brandstofsysteem moet altijd in een goed geventileerde ruimte worden verricht. Controleer het systeem altijd
op brandstoflekken na het voltooien van onderhoudswerkzaamheden.
ONDERHOUD
10191
WAARSCHUWING
!
72
nld