XFP NETWERKBAAR ANALOOG ADRESSEERBAAR BRANDMELDPANEEL
BELANGRIJKSTE EIGENSCHAPPEN
Dit analoge, adresseerbare brandmeldpaneel met enkele lus en 16 zones heeft de volgende
eigenschappen:
Voldoet volledig aan NEN-EN54 deel 2 en 4, met inbegrip van NEN-EN54-2 clausules 7.8 - Uitgang naar
•
brandalarmcomponenten, 8.3 - Foutsignalen van componenten, en 9.5 - Deactivering van adresseerbare
punten.
Volledig compatibel met ESP-protocol van Hochiki en XP95-, Discovery- en Xplorer-protocollen van
•
Apollo (afhankelijk van aangeschafte model)
Twee onafhankelijk programmeerbare conventionele alarmcircuits
•
Twee programmeerbare inputs
•
Een foutmeldingsrelais en drie programmeerbare relaisuitgangen met potentiaalvrije wisselcontacten
•
Een aantal zone-afhankelijke functies (EN54-2 clausule 7.12, type A, B of C) zoals hieronder
•
omschreven:
Type A - als een detector alarm slaat, zoekt het paneel naar een bevestigingsalarm van dezelfde of
een andere detector in dezelfde zone voordat er een algeheel alarm wordt afgegeven. Als er geen
bevestigingsalarm is, wordt het eerste alarm automatisch gereset.
Type B - als type A behalve dat het bevestigingssignaal van een andere detector in dezelfde zone dient te
komen.
Type C - als type A behalve dat het bevestigingssignaal ook van een andere zone, mag komen
waarbij het eerste alarm niet automatisch wordt gereset.
Een dag-/nachtfunctie (gebouw bezet/leeg) (door technicus programmeerbare dag-/nachtinstellingen
•
waaronder detectorgevoeligheid (hoog/laag) en zoneafhankelijke instellingen
Een vertragingsfunctie voor onderzoek (met programmeerbare tijdsduur, zone(s) en dag-/nachtstand)
•
die als volgt werkt:
Als er in een zone die voor onderzoek is geprogrammeerd een alarm is, gaat het algehele alarm pas na
een vertraging af. Het is mogelijk om de vertraging handmatig nog te verlengen om de oorzaak van
het alarm te onderzoeken. Als de tweede vertragingsperiode is verstreken of als er nog een alarm
afgaat in dezelfde zone, wordt er een algeheel alarm afgegeven. Het paneel kan gedurende beide
vertragingsperiodes worden gereset als er sprake is van een vals alarm
Individuele gevoeligheidsinstellingen voor elk apparaat
•
NEN-EN54-2 clausule 7.11 Vertragingen naar uitgangen en een (gefaseerde) evacuatiefunctie
•
Een NEN-EN54-2 clausule 7.13 alarmteller om bij te houden hoe vaak het paneel in staat van alarm is
•
geweest
Een krachtige lusdriver die is beschermd tegen kortsluiting die in totaal 126 adresseerbare componenten
•
kan ondersteunen
Een integrale 1,4A NEN-EN54-4 PSU-schakelaar @ 185-260V AC 50/60Hz
•
Controle op aardingsfouten
•
Toegang tot niveaus 2 & 3 via toegangscode op toetsenbord. Toegang tot niveau 2 via sleutel.
•
40 tekens zelf in te voeren tekst per component
•
registratie van maximaal 500 gebeurtenissen
•
Uitgebreide EN54-2 clausule 10-test met onderhouds- en inbedrijfstellingsfuncties
•
Een intuïtief op Windows gebaseerd computerupload-/downloadprogramma (artikelnr. XFP507) dat
•
MOET worden gebruikt om het systeem te configureren
Netwerken
Indien nodig kan het paneel worden geconfigureerd om te worden aangesloten op een netwerk van maximaal
8 onderling verbonden XFP -masterpanelen of er kunnen maximaal 8 XFP-repeaters op worden aangesloten.
Indien u een van deze opties wenst te gebruiken, hebt u een apart leverbare netwerkkaart nodig
(artikelnr. CFP761).
XFP INSTALLATIE HANDLEIDING • Documentgoedkeuringsnr. DFU1200514 Revisie 1 • pagina 4 van 36