XFP NETWERKBAAR ANALOOG ADRESSEERBAAR BRANDMELDPANEEL
Bedrading van het conventionele alarmcircuit
Het paneel wordt geleverd met twee conventionele alarmcircuits. Deze ondersteunen maximaal 40
gepolariseerde alarmgevers (van 20mA) of 32 alarmbellen (van 25mA) per systeem. Als er gebruik wordt
gemaakt van een volledige set alarmgevers of alarmbellen, dienen deze gelijkmatig over beide circuits te
worden verdeeld. Er dient aan het eind van elk alarmcircuit een lijnweerstand 6k8 te worden geplaatst
(meegeleverd) om het hele circuit te kunnen overzien. Ook als het alarmcircuit niet wordt gebruikt, dient
de 6k8-weerstand toch in het brandmeldpaneel te worden bevestigd. Vergeet niet om voordat u
componenten aansluit de netspanning eraf te halen en de backup-accu te ontkoppelen.
Elk alarmcircuit dient te worden aangesloten op de Alarmcircuit-aansluiting op het hoofdbesturings-PCB zoals
aangegeven in fig. 6. De aardingskabeltjes dienen te worden aangesloten op de aardingspost van het paneel.
Fig. 6 : Typisch conventioneel alarmcircuit en details
Conventioneel
alarmcircuit
elais 2
Relais 3
Storing
C
NO
NC
C
NO
NC
Bedrading randapparatuur
Het paneel wordt geleverd met twee
programmeerbare aansluitingen voor randapparatuur.
Deze kunnen met de PC-software van het paneel naar
wens worden geprogrammeerd. De bedrading van elke
ingang dient te worden aangesloten op de
Randapparatuur-aansluiting op het hoofdbesturings-
PCB, zoals rechts aangegeven in fig. 7. Vergeet niet om
voordat u componenten aansluit de netspanning eraf
te halen en de backup-accu te ontkoppelen.
Indien nodig (bv omgevingen waar andere apparaten
invloed kunnen hebben) dient de ingangsbedrading op
dezelfde manier te worden afgesloten als de analoge
aardingskabeltjes, zie pagina 9.
Relaisuitgangsbedrading
Het paneel wordt geleverd met vier potentiaalvrije relaisuitgangsaansluitingen - een storingsbestendige
foutuitgang die bij elke foutmelding schakelt en drie programmeerbare relaisuitgangen voor
randapparatuur. De vier relais' kunnen 1A @ 30V DC schakelen. Ze dienen NIET te worden gebruikt voor
het schakelen van de netspanning.
De drie uitgangen voor randapparatuur (relais 1, 2 en 3) kunnen met behulp van de PC-software naar
wens worden geprogrammeerd maar de standaardinstellingen zijn als volgt:
XFP INSTALLATIE HANDLEIDING • Documentgoedkeuringsnr. DFU1200514 Revisie 1 • pagina 10 van 36
Gegevens conventioneel alarmcircuit
+
P
–
Aardingskabeltje
van voedings-PCB
Raadpleeg voor meer precieze gegevens
omtrent aardkabelafsluiting het typische
analoge lusbedradingsdiagram op pagina 9.
Alarmcircuits
C
NO
+ 2 -
+ 1 -
POLARISED
POLARISED
SOUNDER
SOUNDER
GEPOLARISEERDE
GEPOLARISEERDE
ALARMGEVER
ALARMGEVER
+
+
DO NOT SPUR
NIET ZO AANSLUITEN
(wiring not
(bedrading wordt niet
monitored)
gecontroleerd)
Aardingsfout gedet.
Adresseerbare lus
+ A -
+ B -
Fig. 7 : Typische bedrading / aansluiting van
randapparatuur
POLARISED
SOUNDER
GEPOLARISEERDE
ALARMGEVER
+
END OF LINE
RESISTOR
LIJNWEERSTAND
(6k8 Ohm)
(6k8 Ohm)
Ingang 1
Ingang 2
Randapparatuur
+24V I/P1 I/P2 0v
Relais 1
NC
C
NO