Inhoudsopgave
Advertenties
XFP NETWERKBAAR ANALOOG ADRESSEERBAAR BRANDMELDPANEEL
INBEDRIJFSTELLING EN PROGRAMMERING
Overzicht
Met inbedrijfstelling wordt de ingebruikname van de apparatuur bedoeld. De doeltreffendheid
waarmee dat gebeurt, hangt af van:
• de nauwkeurigheid van de informatie die is ontvangen op het vlak van bedrading en het aantal
aangesloten componenten.
• de mate waarin de installatie fout- en storingsvrij is.
• de volledigheid van de informatie die door de klant is verstrekt op het vlak van zone-, naam- en
functiebepaling van het systeem.
De uiteindelijke kwaliteit van de installatie is ALTIJD afhankelijk van deze drie factoren.
Aanbevolen inbedrijfstellingsprocedure
Bevestig de PCB's en alle aansluitingen van het paneel door de procedure van pagina 5 om te keren. Zorg
ervoor dat alle bevestigingsschroeven van de PCB's goed zijn vastgedraaid en dat het aardingskabeltje
van de voeding aan de aardingspost op de kast is bevestigd. Als er een netwerkkaart nodig is, dient
deze te worden bevestigd op de op pagina 12 aangegeven manier.
Controleer de continuïteit van de lus, de weerstand van de conventionele alarmcircuits (indien van
toepassing) en alle andere bedrading om ervoor te zorgen dat ze storingsvrij zijn. MAAK GEEN GEBRUIK
VAN EEN MEGGER! (Ontkoppel alle elektronische componenten als er een 500V-test noodzakelijk is).
Als alles in orde is, kan alle bedrading op de op pagina's 8-11 aangegeven wijze op het hoofdbesturings-
PCB worden aangesloten.
Sluit de netspanning aan op de L, N en
op de BAT-aansluitingen.
Bij het opstarten, zullen er een aantal meldingen op het LCD-beeldscherm van het paneel verschijnen
waarin de protocollen e.d. worden beschreven.
Onderzoek eventuele fouten die op het beeldscherm worden gemeld en neem de nodige stappen om
deze recht te zetten.
Voer als alle fouten zijn hersteld de functie 'Lus leren' uit, zoals uiteengezet op pagina 21. Herstel
eventuele problemen die hieruit naar voren komen (bijv. dubbele adressen, ontbrekende
componenten, incomplete lussen enz.). Onthoud dat er in toegangsniveau 3 een groot aantal test- en
foutopsporingsfuncties beschikbaar zijn.
Als alle fouten zijn opgeheven, kan het paneel naar wens worden geprogrammeerd.
Als het paneel goed is geprogrammeerd en correct werkt, kan de paneelklep worden bevestigd en kan
de klant worden geïnstrueerd in de werking van het systeem.
Vul alle noodzakelijke documentatie in en overhandig de handleidingen voordat u weggaat aan de
klant.
Systeembediening / referentietermen
Ingangscomponenten zoals detectors, handbrandmelders en de ingangskanalen van I/O -apparatuur
worden geprogrammeerd als onderdeel van een Zone.
Uitgangscomponenten zoals lusalarmgevers, alarmbesturingsapparatuur en het conventionele
alarmcircuit van het paneel worden geprogrammeerd als onderdeel van een Groep.
De uitgangskanalen van I/O-apparatuur en de relais van het paneel worden geprogrammeerd als
onderdeel van een Set.
Zones worden via de software van het paneel geprogrammeerd om al naar gelang Groepen en/of Sets
te activeren.
De activeringsmethode van Groepen kan continu of op impulsbasis plaatsvinden, met of zonder
vertraging.
Onthoud dat de twee aansluitingen voor randapparatuur kunnen worden geprogrammeerd om op
een groot aantal verschillende manieren te functioneren door gebruik te maken van de speciale
'oorzaak en gevolg'-opties die in de XFP-programmeersoftware beschikbaar zijn.
XFP INSTALLATIE HANDLEIDING • Documentgoedkeuringsnr. DFU1200514 Revisie 1 • pagina 16 van 36
aansluitingen op de voedings-PCB en sluit de standby-accu aan
Advertenties
Inhoudsopgave
