XFP NETWERKBAAR ANALOOG ADRESSEERBAAR BRANDMELDPANEEL
UITGANGSVERTRAGINGEN ACTIVEREN/DEACTIVEREN
Met deze functie kunt u vertragingen naar uitgangen globaal activeren/deactiveren om zoals geprogrammeerd
te functioneren. Als u deze functie selecteert en op de knop Bevestig
Vertragingen naar uitgangen zijn :
Actief
5
4
Gebruik de knoppen
de knop Bevestig
om uw keuze te accepteren. Als u dat niet wilt, druk dan op de knop Terug
naar het vorige menu terug te keren.
EEN COMPONENT BEKIJKEN
Met deze functie kunt u de huidige analoge status van elk punt bekijken (elk adresseerbaar component
op het systeem). Als u deze functie selecteert, wordt u gevraagd om de lus en het adres van het
component dat u wilt bekijken in te voeren:
Lus:1 Component:1
Maak gebruik van de knoppen
selecteren. Het paneel zal het component in kwestie tijdelijk deactiveren en terugzetten naar de analoge
waarden, bijvoorbeeld:
De lus waarop het punt dat
The loop the point being
wordt gecontroleerd zich bevindt
monitored is located on
L:-1 D:7 AV:63
FP: 192
De maximale waarde die het
Het drempelniveau van het
The maximum value
the point will return when
component zal geven bij
component (het niveau
in a fire condition
(the level at which it will
brand
flag an alarm condition)
Druk dan op de knop Terug
COMPONENTUITGANGEN TESTEN
Met deze functie kunt u de uitgangen van elk adresseerbaar component bevestigen om te controleren of
het juist werkt. De functie kan bijvoorbeeld worden gebruikt om het interne LED-lampje of nevenindicator
te bevestigen (indien aangesloten) of om te controleren dat een I/O-apparaat goed functioneert.
Adresseerbare componenten hebben doorgaans drie uitgangskanalen (1, 2 en 3). De functies daarvan zijn
typeafhankelijk - raadpleeg de technische gegevens van de fabrikant van het component voor meer
informatie. Als u deze functie selecteert, wordt u gevraagd om de lus waarin het component zich bevindt
in te voeren alsmede het adres van het component en de relevante uitgangsbitcode (0 tot 7, zie uitleg in
de onderstaande tabel).
Lus:1 Component:1
Uitgangsbits: 0
Maak gebruik van de knoppen
uitgangsbitcode te selecteren.
CODE
0
1
2
3
4
5
6
7
XFP INSTALLATIE HANDLEIDING • Documentgoedkeuringsnr. DFU1200514 Revisie 1 • pagina 27 van 36
6
en
om tussen Geactiveerd en Gedeactiveerd te schakelen en druk vervolgens op
5
6
,
en Bevestig
De huidige analoge
Het adres van
The point's
The point's
het component
waarde van het component
address
current analogue value
ZP:62
ATL: 148 F: 0 C: 0 T: 0x88
The point's alarm
De eventuele
The code
threshold level
for any fault
storingscode die
condition that
waarop er alarm wordt
voor het component
point may be in
geslagen)
3
om naar het submenu Monteurfuncties terug te keren.
5
6
,
en Bevestig
4
drukt, verschijnt het volgende venster:
4
om de gewenste lus en het adres (component) te
De normale analoge
The point's normal
waarde van het component
analogue value
Het huidige
Het type component
The points
current stage
ijkingsstadium
point's type
of calibration
van het
component
geldt
4
om de gewenste lus, adres (component) en
UITGANGSKANALEN BEVESTIGD
Geen uitgangskanaal vastgelegd
Uitgangskanaal 1 vastgelegd
Uitgangskanaal 2 vastgelegd
Uitgangskanalen 1 en 2 vastgelegd
Uitgangskanaal 3 vastgelegd
Uitgangskanalen 3 en 1 vastgelegd
Uitgangskanalen 2 en 3 vastgelegd
Alle uitgangskanalen vastgelegd
The
3
om