Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Yamaha Motor FJR1300AE 2014 Handleiding pagina 23

Inhoudsopgave

Advertenties

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
(31 mi/h) en 160 km/h (100 mi/h), of in
e
e
de 4
of 5
versnelling bij snelheden
tussen ongeveer 50 km/h (31 mi/h) en
180 km/h (112 mi/h).
 Wanneer u drukt op de aan-uitscha-
kelaar terwijl het de cruise control in
werking is, wordt de cruise control
volledig uitgeschakeld en wordt de
eerder ingestelde kruissnelheid ge-
wist. U kunt de hervattingsfunctie pas
weer gebruiken nadat u een nieuwe
kruissnelheid hebt ingesteld.
Automatische uitschakeling van cruise
control
De cruise control voor dit model wordt
elektronisch geregeld en is gekoppeld aan
de andere regelsystemen. De cruise control
wordt onder de volgende omstandigheden
automatisch uitgeschakeld:
 De cruise control kan de ingestelde
kruissnelheid niet aanhouden.
 Er is een wielslip of wielspin gedetec-
teerd. (Als de tractieregeling niet is uit-
geschakeld, werkt de tractieregeling
nog.)
 De startschakelaar/noodstopschake-
laar wordt in de stand "
 De motor slaat af.
 De zijstandaard wordt omlaag gezet.
Als u rijdt met een ingestelde kruissnelheid
en de cruise control wordt uitgeschakeld
onder de bovenstaande omstandigheden,
gaat het controlelampje "
pert het controlelampje "SET" gedurende 4
seconden, waarna dit uitgaat.
Als u niet rijdt met een ingestelde kruissnel-
heid en de startschakelaar/noodstopscha-
kelaar wordt in de stand "
motor slaat af of de zijstandaard wordt om-
laag gezet, gaat het controlelampje "
(het controlelampje "SET" knippert niet).
Als de cruise control automatisch wordt uit-
geschakeld, moet u stoppen en controleren
of de machine in goede staat verkeert.
Voordat u de cruise control opnieuw ge-
bruikt, moet u deze inschakelen met de
aan-uitschakelaar.
OPMERKING
In bepaalde gevallen kan de cruise control
de ingestelde kruissnelheid mogelijk niet
aanhouden wanneer u heuvelopwaarts of
heuvelafwaarts rijdt met de machine.
 Wanneer u heuvelopwaarts rijdt met
de machine, kan de werkelijke rijsnel-
heid lager worden dan de ingestelde
kruissnelheid. Als dit gebeurt, accele-
" gezet.
reert u met de gasgreep tot de ge-
wenste rijsnelheid.
 Wanneer u heuvelafwaarts rijdt met de
" uit en knip-
" gezet, de
" uit
Zelfdiagnosesysteem
1. Waarschuwingslampje motorstoring "
2. Controlelampje cruise control "
3. Controlelampje cruise-controlinstelling
4. Weergave foutcode
De cruise control wordt ook uitgeschakeld
wanneer een afwijking in een van de syste-
men van de machine wordt gedetecteerd.
3-8
machine, kan de werkelijke rijsnelheid
hoger worden dan de ingestelde
kruissnelheid. Als dit gebeurt, kunt u
de instelschakelaar niet gebruiken om
de ingestelde kruissnelheid aan te
passen. Als u de rijsnelheid wilt verla-
gen, gebruikt u de remmen. Wanneer
u de remmen gebruikt, wordt de
cruise control uitgeschakeld.
GEAR
N
A.TEMP
C.TEMP
TIME TRIP
1 2 3
4
"SET"
3
˚C
25
˚C
Lo
0:06
"
"

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave