9.
Snapshots en baseline
9.1
Een snapshot maken
Er zijn 2 methoden om een snapshot te maken.
•
Tijdens de uitvoermodus (runmodus)
•
Tijdens de pauzeermodus
Indrukken van de snapshotknop brengt een bevestigingsvenster tevoorschijn, bij bevestiging wordt de
gebruiker naar het gallerybeeld gebracht.
Als de gebruiker op de snapshotknop drukt wordt een snapshot van alle beschikbare golfvormen en
parameters opgeslagen.
Snapshots zijn niet beperkt, maar wanneer de opslag vol is kan de gebruiker geen extra items opslaan.
Snapshotparameterwaarden worden bij de snapshot weergegeven.
De parameterwaarden worden gecombineerd met de eerste golfvorm, weergegeven rechts van de
snapshot.
9.2
Galleryscherm
In de pauzeermodus kan
de gebruiker in het venster
scrollen om de opgenomen
golfvormen te selecteren.
A. Gallery - Gebruikt voor toegang
tot alle opgeslagen snapshots die
verband houden met de patiënt
B. Links scrollen - Gebruikt om links
door de snapshots te scrollen
C. Snapshotparameters -
Parameters voor afgebeeld
snapshot
D. Snapshotnummer en datum -
Automatisch toegewezen nummer
en tijdstempel
E. Dia-indicator - Toont het nummer
van de opgeslagen snapshots
F. Snapshotopties - Gebruikt om
snapshot in te stellen als baseline of
te verwijderen
G. Rechts scrollen - Scrollt door
beschikbare snapshots
H. Snapshotknop - Maakt een nieuw
snapshot
I. Pauze/Run-knop - Pauzeert of
voert flowscreen uit
Pagina 33