Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

SPX Flow Johnson Pump TopGear GP Gebruikershandleiding pagina 44

Inhoudsopgave

Advertenties

Symptoom
Oorzaak
Niet genoeg
Viscositeit te laag
capaciteit
Axiale speling
Er komen gassen vrij
Pomp maakt
Pompsnelheid te hoog
abnormaal
veel lawaai
Cavitatie
Tegendruk te hoog
Slechte uitlijning van de koppeling 23 • Controleer en corrigeer de uitlijning.
Trillingen in de voetplaat
of in de leidingen
Kogellagers beschadigd
of versleten
De pomp verbruikt
Pompsnelheid te hoog
te veel stroom,
of wordt heet
Pakkingsruimte te vast
aangespannen
Slechte uitlijning van de koppeling 28 • Controleer en wijzig de uitlijning.
Viscositeit te hoog
Snelle slijtage
Tegendruk te hoog
Vaste deeltjes in de vloeistof
Pomp loopt droog
Corrosie
Overbelasting
Tegendruk te hoog
van de motor
Pakkingsruimte te vast
aangespannen
Viscositeit te hoog
Lek in de pomp
De pakkingsruimte lekt abnormaal 37 • Controleer of vervang de pakkingsruimte.
Opmerking! Indien de symptomen aanhouden, moet de pomp onmiddellijk uit dienst genomen worden.
Neem contact op met uw lokale leverancier.
44 | A.0500.452 - IM-TGGP/07.04 NL (10/2023)
Oplossing
17 • Verhoog de pompsnelheid. Aandacht! Ga niet boven
de maximumsnelheid en controleer NPSHr.
• Plaats indien nodig een grotere pomp.
• Als de pomp wordt verwarmd door middel van
verwarmingsmantels of elektrische verwarming,
dient u de warmtetoevoer te verminderen.
18 • Controleer en corrigeer de axiale speling.
Zie hoofdstuk 3.22 Onderhoudsinstructies.
19 • Verhoog de pompsnelheid. Aandacht! Ga niet boven
de maximumsnelheid en controleer NPSHr.
• Plaats een grotere pomp.
8,8 • Verminder het toerental van de pomp.
Plaats indien nodig een grotere pomp.
22 • Reduceer het hoogteverschil tussen de pomp
en het zuigreservoir.
• Vergroot de diameter van de zuigleiding.
• Verkort de lengte van de zuigleiding en vereenvoudig
de zuigleiding (gebruik zo weinig mogelijk bochten en
andere fittingen). Zie ook hoofdstuk 3.19 Installatie.
22 • Vergroot de leidingdiameter.
• Verminder de werkdruk.
• Controleer de randapparatuur (filter, warmtewisselaar, enz.).
Zie ook hoofdstuk 3.19 Installatie.
24 • Verzwaar de voetplaat en/of maak de voetplaat/leidingen
beter vast.
25 • Vervang de kogellagers.
26 • Verminder het toerental van de pomp.
Plaats indien nodig een grotere pomp.
27 • Controleer of vervang de pakkingsruimte.
Zie ook hoofdstuk 3.19 Installatie.
29 • Verhoog de axiale speling.
Zie ook hoofdstuk 3.22 Onderhoudsinstructies.
• Verwarm de pomp.
• Verminder het toerental van de pomp.
• Vergroot de diameter van de uitlaatleiding.
30 • Vergroot de leidingdiameter.
• Verminder de werkdruk.
• Controleer de randapparatuur (filter, warmtewisselaar, enz.).
• Filter de vloeistof.
32 • Corrigeer de vloeistoftoevoer.
• Voorzie een niveauschakelaar of een droogloopbeveiliging.
• Verwarm de vloeistof.
• Stop of verminder het aanzuigen van lucht.
33 • Kies andere pompmaterialen of verander
de toepassingsparameters.
34 • Vergroot de leidingdiameter.
• Verminder de werkdruk.
• Controleer de randapparatuur (filter, warmtewisselaar, enz.)
35 • Controleer of vervang de pakkingsruimte.
36 • Verhoog de axiale speling.
Zie ook hoofdstuk 3.22 Onderhoudsinstructies.
• Verwarm de pomp.
• Verminder het toerental van de pomp.
• Vergroot de diameter van de uitlaatleiding.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave