de aansluiting aan de achterkant van de oplaadstandaard en steek ver-
volgens de voedingsadapter in het stopcontact.
Plaats de telefoon in de oplaadstandaard. De batterij wordt opgeladen.
Tijdens het opladen knippert het rechtergedeelte van het batterijsymbool
in het display. Zodra het opladen is voltooid, zijn alle segmenten van de
batterijsymbool gevuld. De batterijsymbool knippert dan niet meer.
Opmerking: In plaats van te worden opgeladen via de oplaadstan-
daard, kan de stekker van de voedingsadapter ook recht-
streeks op de aansluiting aan de onderkant van de telefoon
worden aangesloten. De batterij kan ook via de USB-
aansluiting van een computer worden opgeladen.
Laad de batterij vóór de eerste ingebruikname volledig op. Om de batterij
te sparen kunt u de telefoon het beste alleen op de oplaadstandaard leg-
gen als de batterij bijna leeg is (er zijn nog 1-2 balken van de batterijsym-
bool gevuld).
Afhankelijk van de lengte van uw telefoongesprekken, moet de batterij
doorgaans ongeveer eenmaal per week opnieuw worden opgeladen. Na
verloop van tijd verliest de batterij hun prestatievermogen. Als u na enige
tijd merkt dat de telefoon duidelijk vaker moet worden opgeladen, ver-
vangt u de batterij.
Eerste ingebruikname
12