Vraag een erkend onderhoudstechnicus om
de luchtfilters te reinigen.
Verstoppingen door stof of vuil zullen een
vermindering van het luchtstroomvolume en
toename van het stroomverbruik van de
airconditioner tot gevolg hebben, waardoor
de prestaties zullen afnemen.
Hierdoor kan bovendien dauw van
condensatie ontstaan bij de luchtuitlaat.
(Zie "8. ONDERHOUD" op pagina 9.)
• Controleer of de temperatuur correct is
ingesteld.
Stel een juiste temperatuur, luchtstroom en
uitblaasrichting in.
• Controleer of de VENTILATORSNELHEID
is ingesteld op LAGE SNELHEID.
Stel een juiste temperatuur, luchtstroom en
uitblaasrichting in.
• Controleer of de luchtstroomrichting correct is
ingesteld.
Stel een juiste temperatuur, luchtstroom en
uitblaasrichting in.
• Controleer of deuren of ramen open zijn.
Sluit deuren en ramen om te voorkomen dat
de wind naar binnen waait.
• Controleer of rechtstreeks zonlicht de kamer
binnen komt (tijdens koeling).
Gordijnen of jaloezieën sluiten.
• Wanneer er te veel mensen in de ruimte
aanwezig zijn (tijdens het koelen).
• Controleer of de warmtebron van de ruimte te
overdadig werkt (tijdens het koelen).
4. Het toestel begint of stopt met functioneren
zonder dat de AAN/UIT-knop is ingedrukt.
• Bent u zeker dat de AAN/UIT-timerwerking
niet in gebruik is?
Zet de AAN/UIT-timer uit.
Zie voor meer informatie de
bedieningshandleiding van de
afstandsbediening.
• Bent u zeker dat er geen afstandsbediening is
aangesloten?
Neem contact op met de centrale
controlekamer vanwaar de stop afkomstig is.
• Bent u zeker dat de display voor
gecentraliseerde controle niet brandt?
Neem contact op met de centrale
controlekamer vanwaar de stop afkomstig is.
16
Als het probleem niet is opgelost nadat u de
bovengenoemde punten heeft gecontroleerd,
probeer de unit dan niet zelf te repareren.
Vraag in dergelijke gevallen altijd de hulp
van uw lokale verdeler.
Vermeld daarbij het symptoom en het model
(dit staat op het typeplaatje).
Als een van de volgende storingen voorkomt,
neem dan de hierna beschreven maatregelen
en neem contact op met uw lokale dealer.
De airconditioner moet door een erkend
onderhoudsmonteur worden gerepareerd.
WAARSCHUWING
Schakel de netspanning van de
airconditioning onmiddellijk uit wanneer
u iets ongewoons opmerkt (zoals een
brandlucht), en neem contact op met
uw lokale dealer.
Wanneer u de airconditioner onder dergelijke
omstandigheden blijft gebruiken, kan dit leiden tot een
defect, elektrische schokken of brand. Neem contact op
met uw lokale dealer.
• Wanneer een veiligheidsvoorziening
zoals een zekering, stroomonderbreker of
aardlekschakelaar frequent wordt geactiveerd.
De hoofdschakelaar niet aanzetten.
Maatregel:
• Wanneer de AAN/UIT knop niet goed werkt.
Zet de hoofdschakelaar uit.
Maatregel:
• Als water uit de binnenunit lekt.
De werking stilzetten.
Maatregel:
5. Bedieningsmethode
•op het basisscherm en het
bedrijfslampje.
•Als er zich een
waarschuwing voordoet,
Koel
Instellen
zal alleen het foutpictogram
28
knipperen
°C
en niet het bedrijfslampje.
Fout: druk op knop Menu
•Om de foutcode en de contactinformatie
weer te geven, drukt u op de Menu/Enter-
knop.
•De foutcode knippert en het contactadres en
Foutcode:A1
de modelnaam verschijnen.
Informatie contact
•Meld de foutcode en de modelnaam aan uw
0123 – 4567 – 8900
Daikin-verdeler.
Binnenmodel ––– /000
Buitenmodel
––– /000
Terug
bedrijfslampje
Nederlands