Pagina 1
MONTAGEHANDLEIDING SPLIT-SYSTEEM Airconditioners MODELLEN (Type voor plafondmontage) FHQG71CVEB FHQG100CVEB FHQG125CVEB FHQG140CVEB LEES DEZE INSTRUCTIES ZORGVULDIG VOOR DE INSTALLATIE. BEWAAR DEZE HANDLEIDING OP EEN PLAATS WAAR U ZE KUNT TERUGVINDEN VOOR LATERE NASLAG.
FHQG71CVEB FHQG100CVEB SPLIT-SYSTEEM airconditioner Montagehandleiding FHQG125CVEB FHQG140CVEB INHOUD 1. VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID....1 2. VOORAFGAAND AAN DE INSTALLATIE..............4 3. KEUZE VAN DE INSTALLATIEPLAATS................7 4. VOORBEREIDINGEN VÓÓR DE INSTALLATIE ............8 5. INSTALLATIE VAN DE BINNENUNIT................10 6. KOELMIDDELLEIDING INSTALLEREN ..............12 7.
Pagina 3
• Gebruik bij de installatiewerkzaamheden alleen de opgegeven accessoires en onderdelen. Wanneer u toch andere onderdelen zou gebruiken, kan dit leiden tot waterlekken, elektrische schokken, of brand, of kan de unit vallen. • Wanneer u de unit in een kleine ruimte installeert, moet u maatregelen nemen om de concentratie aan koelmiddel onder de toelaatbare veiligheidslimiet te houden wanneer zich een koelmiddellek zou voordoen.
Pagina 4
• Installeer de airconditioner niet op de volgende plaatsen: 1. Waar een hoge concentratie minerale oliedeeltjes of damp is (bijv. in een keuken). Plastic onderdelen worden aangetast, delen kunnen loskomen van het toestel en er kunnen waterlekken ontstaan. 2. Waar corrosieve gassen, zoals zwavelzuurgassen worden geproduceerd. Corrosie van de koperen leidingen of gesoldeerde delen kan leiden tot koelmiddellekken.
2. VOORAFGAAND AAN DE INSTALLATIE Oefen bij het openen van de unit of bij het verplaatsen na het openen geen druk uit op de plastic onderdelen. Controleer het voorgeschreven type R410A-koelmiddel alvorens u begint. (De unit zal niet normaal werken met een verkeerd koelmiddel.) •...
2-2 OPTIONELE ACCESSOIRES • Voor deze binnenunit is een afstandsbediening vereist (Tabel 1). • Er zijn twee soorten afstandsbedieningen: met kabel en draadloos. Kies een afstandsbediening in Tabel 1 volgens de wensen van de klant en installeer ze op een geschikte plaats. Tabel 1 Type met kabel BRC1E51A7, BRC1D528...
b. Controlepunten bij de levering Controleer ook de "VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID" ∗ Te controleren punten Controle Is de lokale instelling uitgevoerd (zoals vereist)? Zijn het deksel van de besturingskast, het luchtfilter en het aanzuigrooster aangebracht? Wordt er bij het koelen (verwarmen) goed koude (warme) lucht uitgeblazen? Hebt u de functies uitgelegd met de behulp van de gebruiksaanwijzing aan uw klant uitgelegd? Hebt u de gebruiksaanwijzing aan uw klant gegeven?
3. KEUZE VAN DE INSTALLATIEPLAATS (1) Kies een installatieplaats waar aan de volgende voorwaarden wordt voldaan en waar de klant het mee eens is. • Waar een optimale luchtspreiding verzekerd is. • Waar de luchtstroom niet is belemmerd. • Waar condenswater goed kan worden afgevoerd. •...
4. VOORBEREIDINGEN VÓÓR DE INSTALLATIE (1) Gaten voor binnenunit, positie van de hangbouten, leidingen en bedrading. Vooraanzicht Leidinggat linkerkant Leidinggat achterkant (Ø100) Draaddoorvoergat achterkant Aanzicht vals plafond Binnenunit Afstand tussen hangbouten Afvoerleidinggat bovenkant Gasleidinggat bovenkant Vloeistofleidinggat bovenkant Hangbouten (x4) Draaddoorvoergat bovenkant Luchtuitlaat Eenheid: mm Model...
Pagina 10
(3-2) Verwijder de sierpanelen (links en rechts). • Verwijder de bevestigingsschroeven van de sierpanelen (één per paneel), trek de panelen naar voor (in de richting van de pijl) en verwijder ze. (Zie afbeelding 3) • Verwijder de accessoires. • Maak een pengat aan de invoerzijde van de bedrading aan de achterkant of bovenkant, en installeer dan de voorziene bus (10).
5. INSTALLATIE VAN DE BINNENUNIT Het kan gemakkelijker zijn om accessoiredelen vóór de installatie van de binnenunit aan te brengen. Lees daarom ook de handleiding van de accessoires. Wat de installatiewerkzaamheden betreft, mag u alleen de bijgeleverde accessoires en de door uw onderneming opgegeven onderdelen gebruiken.
Pagina 12
(5) Controleer bij het ophangen van de binnenunit met een waterpas of een plastic buis met water of de afvoerleiding waterpas of licht aflopend is en zorg zo voor een goede afvoer. (Zie afbeelding 9) Afbeelding 9 ≤1° ≤1° ≤1° A.Wanneer de afvoerleiding naar rechts afloopt, of naar rechts en naar achter.
6. KOELMIDDELLEIDING INSTALLEREN Zie de bij de buitenunit geleverde montagehandleiding voor de koelmiddelleiding van buitenunits. Voer de warmte-isolerende werkzaamheden volledig uit aan beide zijden van de gas- en vloeistof- leidingen. Anders kan er soms water gaan lekken. (Bij gebruik van een warmtepomp kan de temperatuur van de gasleiding oplopen tot ongeveer 120°C. Gebruik een isolatie die bestand is tegen dergelijke temperaturen.) Wanneer de temperatuur en vochtigheid van delen van de koelmiddelleiding 30°C of RV80% kan overschrijden, moet u meer koelmiddelisolatie voorzien.
Pagina 14
Tabel 2 Leidingmaat Aanhaalmoment Flareafmetingen A (mm) Flare Ø9,5 (3/8") 32,7-39,9 N·m 12,8-13,2 R0.4-0.8 Ø15,9 mm (5/8") 61,8-75,4 N·m 19,3-19,7 VOORZICHTIG Beschadig het flaredeel niet. • Zie Tabel 2 voor het juiste aanhaalmoment. Alleen voor noodgevallen U moet een momentsleutel gebruiken, maar indien u gedwongen bent de unit zonder momentsleutel te installeren, kunt u de hieronder aangegeven werkwijze toepassen.
Pagina 15
Afbeelding 12 Procedure voor thermische isolatie Procedure voor thermische isolatie van de gaszijdige leiding van de vloeistofzijdige leiding Isolatiemateriaal voor verbindingen (6) (accessoire) Isolatiemateriaal voor verbindingen (6) (accessoire) Flaremoerverbinding Flaremoerverbinding Draai het gewikkelde isolatiemateriaal met het uiteinde Draai het gewikkelde isolatiemateriaal met het uiteinde naar boven naar boven Leidingisolatiemateriaal (lokaal te voorzien)
Pagina 16
Afbeelding 13 Afbeelding 14 Bovenplaat Koelmiddelleiding naar boven L-vormige aftakleidingkit (optioneel accessoire) Uitsnede Achterste doorvoerdeksel Bovenste doorvoerdeksel Afbeelding 15 Afbeelding 16 Verwijderbaar deel sierpaneel (rechts) Klemdeel bovenste doorvoerdeksel Breng de schroef weer aan op de hoofdunit Thermistorkabel Snijd alleen dit deel weg als de afvoerleiding aan de Kabel draaimotor rechterkant is geïnstalleerd.
Pagina 17
OPMERKING 1. Voor de procedures voor het uitwisselen van stikstof zie de "Multi-split Type Series for Buidling Installation manual" (neem contact op met uw Daikin-dealer). 2. De stikstof moet op 0,02 MPa worden ingesteld met een drukreduceerventiel voor hardsolderen met inbrengen van stikstof in de leiding.
7. AFVOERLEIDING INSTALLEREN (1) Leg de afvoerleiding aan. • Zorg ervoor dat de leiding goed afvoert. • U kunt de afvoerleiding langs rechtsachter, rechts, linksachter of links naar buiten voeren. Voor uitvoer naar rechtsachter en naar rechts, zie afbeelding 15. Voor uitvoer naar linksachter en naar links, zie afbeelding 18. Afbeelding 18 Verwijderbaar deel achterkant (metalen plaat) Afvoerleiding naar linksachter...
Pagina 19
• Gebruik de meegeleverde afvoerslang (1) en metalen klem (2). Steek de afvoerslang volledig in de afvoeraansluiting, en maak de klembeugel goed vast binnen op het ingestoken deel van de afvoerslang. (Zie afbeelding 21, 22) (Installeer de metalen klem (2) zoals afgebeeld zodat het klemgedeelte binnen een bereik van 45 graden komt.) (De afvoeraansluiting mag niet in contact komen met de afvoerslang.
(2) Controleer na het voltooien van de leiding of de afvoer vlot loopt. • Giet langzaam 600 ml water in de lekbak via de luchtuitlaat om de afvoer te controleren. Afbeelding 24 Luchtuitlaat Plastic bak om te gieten Een buislengte van ca. 100 mm is vereist. ≥100 mm Afbeelding 25 Centrale afvoerleiding...
Pagina 21
• Zie de bij de afstandsbediening geleverde montagehandleiding voor meer informatie over de bedrading van de afstandsbediening. • Raak de printplaat niet aan tijdens de bedradingswerkzaamheden. Anders kunt u de printplaat beschadigen. • Specificaties voor lokale bedrading De kabel van de afstandsbediening is een lokaal te voorzien onderdeel. Bereid de bedrading voor volgens Tabel 3.
Pagina 22
Afbeelding 26 ≥50 mm Besturingskast Doorvoerdeksel Printplaat Afvoerslang Klemmenstrook afstandsbediening (2P) Kabel afstandsbediening (zwakstroom) Klemmenstrook voeding (3P) Bedrading tussen units (sterkstroom)/aardingsdraad Afbeelding 28 Bus (10) (accessoire) Afdichten met isolatiemateriaal of stopverf Plaatje elektrisch bedradingsschema (binnenkant) (lokaal te voorzien) Doorvoeropening bedrading/leiding Bevestigingsschroef deksel besturingskast (2 stuks) Koelmiddelleiding Deksel besturingskast...
Pagina 23
Afbeelding 28 Kabel afstandsbediening Spanklem (11) (accessoire), M4-schroef (12) (accessoire) Bedrading tussen units Klem (4) (accessoire) (1) Bevestig de spanklem naar de invoerzijde van de bedrading toe. (2) Bevestig de bedrading met de klem op de spanklem zodat de bedrading geen extra spanning zet op de klemaansluitstrook.
Afbeelding 30 Sluit aan weerszjiden draden met Sluit op eenzelfde kant geen Sluit geen draden met een dezelfde dikte aan. (GOED) draden met dezelfde dikte aan. verschillende dikte aan. (VERKEERD) (VERKEERD) Goed Verkeerd Verkeerd Voorzorgsmaatregelen voor de aardingsbedrading • Leg de aardingsdraad zodanig dat hij door de uitsparing van de sluitring loopt. (De aarding is niet optimaal als de aardingsdraad niet goed tegen de klemmenstrook komt.) •...
<Beperkingen op het gebruik van kabels> Gebruik geen kabels voor de bedrading tussen units en de voedingsbedrading. Voorbeeld: VCTF (niet toegelaten), VV-kabel (toegelaten) VOORZICHTIG • Gebruik als masterunit een binnenunit die typische binnentemperaturen kan detecteren. Een binnenunit met aangesloten afstandsbediening wordt ingesteld als masterunit. •...
Afbeelding 34 Besturing met 2 afstandsbedieningen Hoofdvoeding Hoofdschakelaar Zekering Buitenunit Binnenunit Afstandsbediening 1 (accessoire in optie) 1 2 3 Afstandsbediening 2 (accessoire in optie) 1 2 3 9-2 Besturing met 2 afstandsbedieningen (2 afstandsbedieningen besturen 1 binnenunit) • Bij gebruik van 2 afstandsbedieningen moet er één worden ingesteld op "MAIN" (hoofdafstandsbediening) en de andere op "SUB"...
10. AANZUIGROOSTER EN SIERPANELEN BEVESTIGEN • Bevestig het sierpaneel van de zijkant na het voltooien van de bedrading weer goed aan in de omgekeerde volgorde van het verwijderen van het aanzuigrooster. • Hang het koord van het aanzuigrooster op de haak van de binnenunit zoals hieronder aangegeven en installeer het aanzuigrooster.
11-2 Instellingen voor opties • Zie de bij de optie geleverde instructies voor installatie voor de instellingen van de opties. 11-3 Instellen van het symbool voor reinigen van het luchtfilter • Op het lcd van de afstandsbedieningen staat een luchtfiltersymbool dat aangeeft wanneer de luchtfilters gereinigd moeten worden.
12. TESTWERKING • De instellingen van de afstandsbediening BRC1E51 moeten volgens de instructies in de montagehandleiding van de afstandsbediening worden uitgevoerd. De instellingen van de afstandsbediening BRC1D528 moeten volgens de volgende procedure worden uitgevoerd. • Zorg ervoor dat de bedradingswerkzaamheden voor de binnen- en buitenunits voltooid zijn. •...
Pagina 30
12-2 Waarschuwingen voor service Ingeschakeld. Controleer het probleem op de afstandsbediening. • Als de airconditioner na installatie niet normaal werkt. Er kan zich een probleem hebben voorgedaan zoals beschreven in de onderstaande tabel. Display afstandsbediening Storing • Probleem met de voeding of open fase •...
Pagina 31
12-3 Storingscode • Op plaatsen waar de storingscode blanco is, wordt geen " " weergegeven. Het systeem blijft wel werken, maar inspecteer het systeem toch en repareer het waar nodig. • Afhankelijk van het type van de binnen- of buitenunit, wordt de storingscode al of niet weergegeven. Code Storingscode/Opmerkingen Printplaat van binnenunit defect...
Pagina 32
Elektrisch thermisch (buitenunit) Mogelijke elektrische overbelasting in de compressor of onderbroken leiding in de compressormotor. Stilvalpreventie (buitenunit) Compressor mogelijk geblokkeerd. Transmissiestoring tussen de inverters van de unitregelingen (buitenunits) Onderbroken fase of lage spanning hoofdcircuit (buitenunit) Storing temperatuursensor printplaat (buitenunit) Storing temperatuursensor warmtestralende lamel (buitenunit) Type verkeerd ingesteld (buitenunit) Capaciteitsgegevens verkeerd vooringesteld.