•
Stop niet op een helling, zeker niet als u een lading
vervoert. Stoppen tijdens de afdaling van een helling
kost meer tijd dan op vlak terrein. Als u de machine
tot stilstand moet brengen, mag u de snelheid niet te
abrupt verminderen, omdat dan de kans bestaat dat de
machine omslaat of gaat rollen. Trap niet te abrupt op
het rempedaal als u achterwaarts rolt, omdat de machine
dan kan omslaan.
•
Als u de machine op heuvelachtig terrein zult gebruiken,
kunt u de optionele rolbeugel (ROPS) monteren.
Gebruik op oneffen terrein
Neem gas terug en verminder de lading als u moet rijden op
ruw of oneffen terrein en vlak langs wegranden, kuilen en
andere abrupte veranderingen in het terrein. De lading kan
gaan schuiven waardoor de machine haar stabiliteit verliest.
Als u de machine op ruw terrein zult gebruiken, kunt u de
optionele rolbeugel (ROPS) monteren.
WAARSCHUWING
Onverwachte veranderingen in het terrein kunnen
leiden tot abrupte bewegingen van het stuurwiel die
letsel aan handen en armen kunnen veroorzaken.
• Verminder uw snelheid als u op oneffen terrein
en vlak langs wegranden rijdt.
• Pak het stuurwiel losjes aan de rand vast. Houd
uw duimen omhoog en zorg ervoor dat ze buiten
de spaken van het stuurwiel blijven.
Laden en storten
Het gewicht en de positie van de lading en de passagier
kunnen de stabiliteit en het rijgedrag van de machine nadelig
beïnvloeden. Let op het volgende om te voorkomen dat u de
controle over de machine verliest of deze doet kantelen:
•
Overschrijd het aanbevolen maximale gewicht van de
machine niet als u een lading transporteert in de laadbak,
als u een aanhangwagen sleept, of beide; zie Specificaties
(bladz. 19).
•
Wees voorzichtig als u de machine gebruikt op een helling
of op ruw terrein, in het bijzonder als er een lading in de
laadbak ligt, als u een aanhangwagen sleept, of beide.
•
Wees voorzichtig als u hoge ladingen transporteert in de
laadbak.
•
Denk eraan dat de machine minder stabiel en moeilijker
bestuurbaar is als de lading slecht verdeeld is over de
laadbak.
•
Te grote ladingen transporteren in de laadbak heeft
invloed op de stabiliteit van de machine.
•
Het stuurgedrag, de remprestaties en de stabiliteit van
de machine worden nadelig beïnvloed als u een lading
transporteert die niet aan de machine kan worden
gebonden, zoals vloeistof in een grote tank.
WAARSCHUWING
De laadbak kan zwaar zijn. Handen of andere
lichaamsdelen kunnen bekneld raken.
– Houd handen en andere lichaamsdelen uit
de buurt van de bak als u deze neerlaat.
– Let erop dat u geen materiaal op omstanders
stort.
•
Stort de lading nooit uit de bak als de machine zijwaarts
op een helling staat. Als gevolg van de verandering in de
gewichtverdeling kan de machine omslaan.
•
Als u een zware lading in de bak vervoert, moet u de
snelheid verminderen en ervoor zorgen dat de remweg
lang genoeg is. Trap niet abrupt op het rempedaal. Wees
extra voorzichtig op hellingen.
•
Wees erop bedacht dat een zware lading de remweg
verlengt en de mogelijkheid vermindert om snel te draaien
zonder om te slaan.
•
De laadruimte is uitsluitend bestemd voor een lading, niet
voor het vervoer van passagiers.
•
Let erop dat u de machine niet te zwaar laadt. Op
het naamplaatje (dat zich onder het midden van het
dashboard bevindt) staat de toelaatbare belading voor de
machine. U mag de werktuigen nooit te zwaar beladen of
het maximaal toelaatbare totaalgewicht van de machine
overschrijden.
Geluidsdruk
Deze machine oefent een geluidsdruk van 82 dBA uit op het
gehoor van de bestuurder (met een onzekerheidswaarde (K)
van 1 dBA).
De geluidsdruk is vastgesteld volgens de procedures in EN
ISO 11201.
Trilling
Hand-arm
•
Gemeten trillingsniveau voor de rechterhand = 0,41 m/s
•
Gemeten trillingsniveau voor de linkerhand = 0,2 m/s
•
Onzekerheidswaarde (K) = 0,5 m/s
De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in
EN 1032.
Gehele lichaam
•
Gemeten trillingsniveau = 0,3 m/s
•
Onzekerheidswaarde (K) = 0,5 m/s
De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in
EN 1032.
6
2
2
2
2
2