REMKO Schallschutzhauben
Condensaataansluiting en gewaarborgde
afvoer
Condensaataansluiting
Door de dauwpuntonderschrijding bij de lamellen-
condensor, ontstaat er tijdens verwarmingsbedrijf
condens.
Onder het apparaat moet een condensopvangbak
worden gemonteerd die het condenswater kan
afvoeren.
n
De in het gebouw gemonteerde condensleiding
moet gelegd worden met een verval van min.
2%. Monteer eventueel dampdiffusiedichte iso-
latie.
n
Bij gebruik van het apparaat bij een buitentem-
peratuur van minder dan 4 °C, moet worden
gezorgd voor een vorstvrije plaatsing van de
condensafvoer. Daarnaast moeten de onder-
zijde van de bekleding van de behuizing en de
condensopvangbak vorstvrij worden gehouden,
om een doorlopende afvoer van condens te
waarborgen. Monteer eventueel een lintverwar-
ming langs de leiding.
n
Na het leggen controleren op een vrije afvoer
van het condens en zorgen voor een perma-
nente lekdichtheid.
Gewaarborgde afvoer bij lekkages
Met de REMKO olieafscheider OA 2.2 wordt vol-
daan aan de hieronder opgegeven eisen van de
lokale voorschriften en wetgeving.
AANWIJZING!
Regionale voorschriften of wetten betreffende
het milieu, bijv. wetgeving betreffende de water-
huishouding (WHG), kunnen bepalingen
bevatten dat ongecontroleerde afvoer bij lekken
voorkomen dient te worden, zodat uittredende
koelmachineolie of potentieel gevaarlijke koel-
middelen veilig afgevoerd kunnen worden.
AANWIJZING!
Bij aansluiting van een externe afvoer op de
olieseparator moet deze vorstvrij worden
gehouden.
24